Tilburgse zusters in Deventer

Het voormalige Sint Jozef-ziekenhuis in Deventer, thans hotel -

Afgelopen maand verbleven we een weekje in Deventer. We logeerden daar in een hotel, waarin jarenlang een ziekenhuis was gevestigd, het Sint Jozef-ziekenhuis, annex een klooster waarin de Zusters van Liefde uit Tilburg waren gehuisvest. De zusters waren daar destijds ziekenverzorgsters en verrichtten er allerlei hand- en spandiensten. Uit authentieke bron vernam ik daar het volgende.  

Al sinds 1857 verbleven er Tilburgse zusters in Deventer, waar ze begonnen met een naai- en bewaarschool, zodat ze al jaren in Deventer vertrouwde en graag geziene figuren waren. In 1875 werden ze gevraagd ook voor het dan nieuw opgerichte ziekenhuis te gaan werken, toen nog ‘het gesticht’ genoemd .  

De plaatselijke pastoor B. van den Berg had daartoe het initiatief genomen, zij het in een voorlopige behuizing, dat kon worden gerealiseerd met behulp van een grootse schenking van ene mejuffrouw Zuethoff, die vooral een katholiek ziekenhuis wilde stichten voor arme en hulpbehoevende mensen en meer in het bijzonder voor ‘afgedwaalden’, d.w.z. voor personen die het niet meer zo nauw namen met het katholieke geloof. De Tilburgse zusters kwamen daarbij goed van pas.  

In 1897 kon er een nieuw ziekenhuis worden gebouwd uit de nalatenschap van eerder genoemde pastoor en in dát (voormalige) ziekenhuis verbleven wij, nadat het twintig jaar geleden tot hotel is getransformeerd. Nog steeds een prachtig gebouw, met vele oorspronkelijke details, zoals bijvoorbeeld een monumentaal en rijk gedecoreerd trappenhuis (zie foto’s).  

Maar terug naar de Tilburgse zusters! Een authentiek verhaal van amper honderd jaar geleden van een van hen is bewaard gebleven. Het geeft een ‘mooi’ tijdsbeeld van de zusters uit die tijd weer.  

De zusters zijn bijna de hele dag aan het werk. Er was aanvankelijk nog geen elektriciteit en ook voor de verwarming en verlichting werd nog vooral van petroleum gebruik gemaakt. De keuken stookte op hout en kolen. Het bereiden van warme maaltijden, diëten en bouillon was top-prioriteit.  

Maar de zusters konden dit werk vooral doen omdat ze zich ‘blij en verdienstvol vonden in het bewustzijn te werken voor de grote Koning, voor de Goddelijke Huisgenoot, die onder één dak met Zijn Bruiden woont’.  

Voorts is er ‘de refter, heel eenvoudig, waar de zusters hun maaltijden nemen onder het aanhoren van een geestelijke lezing, zodat ziel en lichaam tegelijk gevoed worden. Door een zijdeur gaat men naar de recreatiezaal, een eenvoudig groot vertrek met lange tafels en aan weerszijden stoelen. Wat een gezellige ontspanningsuurtjes worden hier doorgebracht. Wat een onschuldige pret, terwijl men een handwerkje heeft of samen groenten schoonmaakt en wat doet het goed elkander aan te sporen tot een edelmoedig offerleven en een vurige beleving van de kloostergeloften. Na zo’n recreatie is men werkelijk verkwikt’.  

‘Dan is er nog het washuis met mangelkamer, waar heel wat afgewerkt wordt, de afwaskeuken, de broodkamer en naaikamer: het hart is bij de Bruidegom, om Wie al deze werkzaamheden worden verricht. Door al deze huiselijke bezigheden worden de liefdewerken van onderwijs en ziekenverpleging mogelijk gemaakt. Alles is één mooi, harmonisch geheel, alles werkt samen voor één en hetzelfde doel: de eer van God en het heil der zielen’.  

‘Een trap voert nog naar de slaapzaal, waar iedere zuster een klein, kloosterlijk vertrekje heeft, waarop de volgende woorden van toepassing zijn: Klein is het celletje, kaal zijn de wanden; ‘t Beeld des Gekruisten hun enige sier. Toch is het beter dan vorstenpaleizen: “Bruid van den Koning”, dat voelt men zich hier!’.  

‘Het middelpunt van alles is vanzelfsprekend de kapel, waar God zelf woont te midden van Zijn dierbare kinderen. Het is de krachtencentrale van alle bovennatuurlijke bezieling en elke morgen wordt hier de de ziel gesterkt door Hem, Die gezegd heeft: “Die Mij eet, zal door Mij leven”. Gelukkig zij die wonen in ‘s Heeren huis, alle dagen huns levens’.  

Het is een verhaal van amper honderd jaar geleden. In mijn ogen nauwelijks voorstelbaar, dat ‘onze’ Tilburgse zusters zó hun leven beleefden .....  

 

Louis Sparidans    

 

Media