- Datering van de gebeurtenis: 1837/38 - 1966
Gistermiddag had ik een bespreking in de Gasthuisstraat. Nee, niet in Tilburg, maar in de plaats waar ik woon. Na afloop kregen we het even over de oorsprong van het Gasthuis zoals dat hier nog steeds staat, ook al is het sinds 1970 niet meer als zodanig in gebruik.
Het is oorspronkelijk in het jaar 1290 gebouwd in opdracht van kasteelheer Jan van Kuyc (destijds de baas hier ter stede) "als gesticht voor kranke en ellendige inwoners van de stad Grave". Daarmee is de Gasthuisstraat een van de oudste straten in mijn woonplaats.
Dit dateert nog uit de tijd dat er in Brabant (we praten dan over de middeleeuwen) voornamelijk ridders, soldaten, arme sloebers, rijke edelen, boeren, burgers, gekken en dwazen leefden. Oók waar nu Tilburg ligt !
Maar (en nu ter zake) in Tilburg was er vroeger in mijn jonge jaren óók een Gasthuisstraat, na mijn vertrek uit Tilburg omgedoopt tot Gasthuisring.
Ook dááraan was indertijd (uiteraard) een gasthuis gelegen, gebouwd in de jaren 1837/38. Daarvóór heette deze straat (de verbinding tussen "Tilburg over Veldhoven naar het Goirke") de Locht, nóg vroeger "de Logt" genoemd (met dank aan het Tilburgse stratenboek van Ronald Peeters).
Genoemd gasthuis stond vlakbij de toenmalige overweg (waar nu een tunnel is) aan de oostzijde van de Gasthuisstraat; op "het fratercomplex", laat ik het zo maar noemen.
Rond 1950 was het namelijk nog bij de fraters in gebruik (althans voor een deel) als ziekenboeg. Ik had een frater-heeroom (frater Serenus) die ik daar wel eens opgezocht heb, toen hij een keertje voor een korte tijd ziek was.
Voorzover ik heb kunnen nagaan is het in 1966 gesloopt, maar ik woonde toen al een tijdje niet meer in Tilburg.
Tot 1929 is het in gebruik geweest als voorloper van het Sint Elisabeth-ziekenhuis, dat in dat jaar (als toenmalige nieuwbouw) in gebruik werd genomen; aan de Jan van Beverwijckstraat wel te verstaan.
Bijgaand enkele fotootjes, afkomstig van BeeldOnline, waarop het oude gasthuis is te zien; tijdens verschillende perioden van zijn bestaan.
"Voor al die ellendige Tilburgers", zou Jan van Kuyc gezegd hebben.
Louis Sparidans, Grave