- Datering van de gebeurtenis: 1863 - 1954
Op 1 oktober 1863 arriveerde de eerste trein, feestelijk versierd, fluitend, puffend en stotend op het station in Tilburg. Gejuich en gezwaai met hoge hoeden en zijden zakdoekjes...... Daarmee werd, met een uitgelezen gezelschap (o.a. minister Thorbecke), het baanvak Breda - Tilburg van de spoorwegen geopend. Dat was zowat een kwart eeuw nadat, in 1839, tussen Haarlem en Amsterdam, de eerste trein door Nederland reed.
Het "Nederlandsche Magazin" wijdde lyrische journalistiek aan het grootse gebeuren. Beschreven werden de Tilburgsche mannen in blaauwe kielen en de vrouwen met hare hoog opstaande mutsen met over de oren afhangende stroken. Op den zoogenaamden Heuvel, een onbestraat plein, zag men de grootste curiositeit van Tilburg: een eeuwenoude lindeboom, geschoren in de vorm van een kegel en rondom gestut.
Door de jubelende stad ging men met de muziek mee, voor de ontvangst op het stadhuis en tot slot "klommen we omstreeks drie ure weder in ons tiental rijtuigen en spoorden weg".
Zo kwam het Spoor in Tilburg. De Spoorwegen hoopten aan Tilburg te verdienen en Tilburg hoopte op voordeliger en groter transport van goederen, dan tot die tijd met paard en kar mogelijk was, want ook het kanaal was er toen nog niet. Maar de neveneffecten zijn daarnaast heel belangrijk geweest. Het spoor schiep een tweedeling tussen "de stad" en de herdgangen aan de ginnekaant, waar onder andere de Gurkese "Turken"woonden.
Door het spoor werd het platteland rond het stadje in tweëen gedeeld, waardoor de naam "Heuvelse Akkers"ontstond voor de, van de rest afgesneden akkers, "hers" van de Prelweg (de Zuider-Parallelweg, de huidige Spoorlaan). En aan de andere kant van het spoor kwam "den Atelier". De invloed daarvan op Tilburg is een verhaal op zich.
Den Atelier, dat was dus de Werkplaats van de Nederlandsche Spoorwegen, opgericht in 1868, vijf jaar na de aankomst van de eerste trein in Tilburg. Rond 1920 waren er zowat 1400 werknemers. De eerste medewerkers kwamen van buiten Tilburg en brachten onder meer nieuwe ideëen mee op het gebied van de arbeidersrechten, waar toen in het patriarchale Tilburg niet iedereen even gelukkig mee was. In 1895 stichtte Jozef Platte, een van de werknemers, de Katholieke vakvereniging "Recht en Plicht" en er ontstonden van lieverlee meerdere bonden. De werknemer Jan Horsman startte in 1900 met 9 mensen de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij in Tilburg. Hij verloor overigens zijn baan in de grote spoorwegstaking in 1903. Het moge duidelijk zijn, het nieuwe Tilburg is, zoals het is, in niet geringe mate dank zij den atelier en 't spoor.
Toen de ginnekaant volgebouwd raakte, ontstond de overwegmisère. Het geduldige wachten voor de gesloten slagbomen met de fiets, de bakfiets, de stotkèr, enzovoort.....Dat was een goede oefening voor het latere, ook zo geduldige filerijden......Dank zij het hoogspoor is dat leed voorbij.
De tweedeling door 't spoor heeft zelfs invloed gehad op de Tilburgse dialecten, die zich vooral aan de ginnekaant lang handhaafden. En die van de stad maakten flauwe zevergrapjes over het "Stads mee Haaikaants" van eenen Ginnekaanter die netjes probeerde te praten....... Dat "Stads", dat de pronte families in de Heuvelstraat en 't Nieuwland praatten, moet overigens niet verward worden met "Hollands", dat was wezenlijk anders; Noord- en Zuid-Brabants waren toen nog niet zo ver uit elkaar gegroeid als nu, en Stadse praat moet toen, zo'n anderhalve eeuw geleden, wat geleken hebben op het ABN van iemand uit Antwerpen of zo.
En de fabrikanten, waarvan wel gezegd is dat enkelen hunner, midden 19e eeuw, in boezeroen op 't fabriek kwamen en gewoon Tilburgs praatten? Dat zullen er wel van 't Gurke geweest zijn......
Van welke families?
Dat zoeken we later nog wel eens uit.......
Dank aan het Regionaal Archief Tilburg, Beeldonline, voor de foto's:
1. Knus stationnetje in 1900 (nr. 002224)
2. Overwegmisère in de Gasthuisstraat in 1954; toch niet ongezellig (nr. 037175)
3. Deel van de werkplaats, met op de achtergrond: de koeltorens van 't Gasfabriek (036922)