- Datering van de gebeurtenis: 1975
Op 17 maart ‘75 begon het slopersbedrijf Gebr. Van Hees in alle vroegte en "met vliegende haast" (volgens Het Nieuwsblad v.h. Zuiden) aan de definitieve sloop van het complex. Diezelfde 17e maart was het raadsvergadering en diende Nuijens (CDA) een motie in, strekkende tot onmiddelijke opschorting van het sloopwerk.
B en W antwoordden als volgt:
De bouw van het ziekenhuis zou dan met 9 maanden vertraagd worden (niet bevestigd door het ziekenhuis).
De raad wist zelf toch goed dat slopen de bedoeling was? (Ja, maar de raad begon anders te denken, mede door andere gewetenszaken, zoals de beroering rond afbraak van het oude postkantoor en de Tilburgsche Spaarbank. En het college had de Raad misleid inzake het doel van de aankoop.)
Het Textielmuseum zou eigenlijk liever een ander gebouw willen, volgens het college; en het complex was nog niet tot cultureel monument verklaard.
Het gebouw was toch al onttakeld (zoals bleek, het belangrijkste gebouw op dat moment nog niet).
En tenslotte: er was onvoldoende geld voor restauratie.
Wethouder Evertse (PvdA) constateerde dat men de Raad niet goed geïnformeerd had, en stelde voor het ziekenhuis 50 meter te verplaatsen. Wethouder Mannaerts: dan moet er in het Leijpark worden gebouwd (maar dat klopte niet met de informatie van Publieke Werken).
De motie Nuijens werd op deze dramatische 17e maart 1975 verworpen met 17 tegen 14 stemmen. Vóór stemden links, de Partij Midden Brabant en dhr. Nuijens (CDA).
Dan bemoeide het CDA zich met het moeilijke gedrag van haar wethouders. De partij besloot tot een objectief onderzoek naar de ware toedracht van een en ander.En Van Bergen (PvdA) vroeg zich af of de wijze van informatie en samenwerking in het College van B en W soms een structureel probleem was ?? Na een rommelig overleg werd besloten een onderzoekscommissie in te stellen, bestaande uit de fractieleiders.
Deze commissie is in de zomer van '75 aan het werk geweest, en grondig ook. Haar conclusies:
De betrokken wethouders waren tekortgeschoten in hun coördinatietaken. Er was nauwelijks rekening gehouden met de historische waarde van het complex en met de bereidheid van het ziekenhuis om delen te handhaven.
Dhr. De Grood faalde in zijn dubbelfunktie van voorzitter Bestuur Textielmuseum en wethouder.
Men had niet met slopen moeten beginnen voor de raad hierin gekend was; en men had de raad verkeerde informatie gegeven.
De raad werd aanbevolen zich een oordeel te vormen over dubbelfunkties van wethouders en de voortgangscontrole van collegebesluiten, aangaande de uitvoering van raadsbesluiten.
Vóór dit rapport met deze conclusies op 3 november in de Raad kwam, gaven B en W toe dat "een andere handelswijze prudenter ware geweest". En CDA-woordvoorder Van Logtestein zei dat "waar gewerkt wordt, fouten worden gemaakt". En met een heftig onderling gekef en een sisser liep de affaire Pieter van Dooren af. Het college zou met een nota komen over het funktioneren van de gemeentelijke organen.
De bla-bla-bla na afloop van de affaire is niet meer zo van belang. Een zaak als deze zal zich nu niet meer voordoen. Hoewel, als het om wat minder opvallende zaken gaat.......Maar dat is in Tilburg niet anders dan overal ter wereld.
Foto 1: Tekening van het complex, met uitleg in vier talen (R.A.T., Beeldonline nr. 22069) Foto 2: De fabrieksklok uit 1892 hangt nu in de hal van het Regionaal Archief Tilburg (R.A.T, Beeldonline nr. 22089
Bronnen:
G.W.M. van Vugt: De kwestie Pieter van Dooren, in: Tilburg na 1945 (red. J. Costongs/P.Tops);
Artikels in Het Nieuwsblad van het Zuiden 1974/1975;
Tilburg in fragmenten, Tilburgse Koerier 1983.