Foto Chris Oomes
EELT Theatercollectief en Boy Jonkergouw (de makers van deze productie) lieten een zeer actuele voorstelling zien. Vol verwijzingen naar de situatie in Rusland (het moederland van Anna Paulowna), de rol van het koningshuis ten aanzien van 19e-eeuwse slavernij, kinderarbeid, industrialisatie en de biseksualiteit van koning Willem II. De majesteit sprak zijn geliefde volk ook toe over hun omgang met de moeizaam verworven democratie.
“Man, man, man, wat gaat u onzorgvuldig om met de verantwoordelijkheid die ik u heb gegeven. In 1848 gaf ik zo’n beetje al zijn macht aan u. Het volk. Sindsdien is uw Vorst een soort duur betaalde knuffelbeer die alleen lintjes door mag knippen. Want ja, dat wilde u graag. Vrijheid. Democratie. Maar wat springt u er frivool mee om! Een opkomst van 40% procent bij de lokale verkiezingen? Het is om te janken. Of kan het u uiteindelijk toch niet zoveel schelen? Die democratie? Nou ja, in dat geval, ook goed! Dan doen we hem in de uitverkoop. Leggen we hem op de MeiMarkt. Eens kijken of iemand hem wil hebben. Voor een habbekrats. Ik heb nog wel meer oude meuk waar ik vanaf wil. Neem mee, neem mee die koninklijke huisraad! Enne…nog een ding. Noem die voetbalclub dan ook maar naar iemand anders? Houdoe hè!”
Na afloop konden gasten bij een kraampje napraten over de toekomst van het Paleis. Deze voorstelling maakte namelijk onderdeel uit van Palace To Be. Onder die noemer nam een groep Tilburgse organisaties eind 2019 - onder leiding van Stadsmuseum Tilburg - het initiatief om het Paleis meer van de stad maken. In deze periode van ‘royaal aanklooien’ kende de programmering weinig begrenzing. Met de geleerde lessen op zak is het medio 2022 tijd voor meer focus. Een werkgroep Paleis omschrijft het zo: ‘het Paleis wordt een levendige plek aan het Stadsforum, waar we met elkaar debatteren, het goede gesprek voeren onder het genot van een goede kop koffie. Waar we de stad vormgeven, de democratie en (Til)burgerschap opnieuw uitvinden en samen vieren. Individuele momenten krijgen uiteraard een plek krijgen in het gebouw (trouwen, geboorteaangifte, officiële aangelegenheden) maar de nadruk ligt op collectiviteit en gezamenlijkheid. Het Paleis moet een herkenbare, geliefde plek worden voor Tilburgers, alle Tilburgers.’