Zopas schreef ik een stukje over ‘Een krans van meizoentjes’. Het speelde zich af met pinksteren dit jaar, met een link naar ‘vroeger’.
Vervolgens gingen we aan de wandel, in het open veld, met nóg meer bloemen en dat inspireerde onze kleindochters (11 en 7 jaar) tot het samenstellen van een veldboeket.
Zelden zagen we zo’n hoge (wilde) margrieten, boterbloemen, zuring, rode klaver en fluitenkruid alsmede verschillende soorten bloeiende grassen.
Het was het eerste veldboeket dat ze in hun leven zelfstandig plukten.
In mijn jeugd was dat niks bizonders. We hadden thuis alleen máár veldboeketten die we zelf plukten. De bloemist werd niet ‘rijk’ van ons!
We hadden namelijk vroeger thuis in de familie ‘een landje’ op d’n Hasselt en daar ‘barstte’ het van de bloemen in het wild, het hele jaar door. Voor ‘niks’ konden we daar plukken, zoveel we wilden, dus hadden we geregeld andere bloemen dan de geraniums op de vensterbank in de keuken, boven het aanrecht.
Zo ook dus afgelopen pinsterdagen, waarop we ‘met onze kleindochters en hun mama (onze dochter) liepen te kuieren in de zon’.*
Alles herinnerde ons weer aan vroeger, alsof voor even, ‘de tijd stil stond’.
Louis Sparidans
* naar Leen Jongewaard & André v.d. Heuvel. Lees (en luister!) op deze site ook onder titel ‘Op een mooie pinksterdag .... ’