Klepper-de-klep: 'n ratelfiets!

  • Datering van de gebeurtenis: Omstreeks 1946

Toen ik ongeveer een jaar of zes/zeven was ( bijna 65 jaar geleden) was het heel erg in zwang: ratelfietsen! Ik had zelf nog een klein kinderfietsje (ondanks de voorbije oorlogsjaren!) waarmee je op de stoep mocht fietsen, áls je tenminste een bel had.

Er was nog niet zoveel gemotoriseerd verkeer op straat, want dat kon je wel horen. Af en toe een auto, maar meestal nog een paard en wagen, bijvoorbeeld van de groenten- of schillenboer, of een piepende bakfiets van de bakker, of een duwkar met stalen "banden" van de melkboer (met een trekhond eronder). Motoren begonnen net wat op gang te komen, maar bromfietsen (rijwielen met hulpmotor, heetten die destijds) moesten nog worden "uitgevonden".

Thuis speelden we met houten autootjes en dergelijke en dan ging het van "broemm, broemm ........". Gelukkig gaat dat tegenwoordig nog vaak zo, zo zie ik bij onze kleinkinderen. Maar op straat waren de ratelfietsen en ratelsteppen in die tijd de baas!

Hoe? Met een stevig kartonnetje en twee goeie wasknijpers was het gepiept. Iedere jongen wist hoe d'ie dat aan z'n fietske of step moest bevestigen en dan ging 't van "klepper-de-klep" en had je geen fietsbel nodig!

Ik ben té a-technisch om te beschrijven hoe dat aan je fiets moest worden bevestigd, daarom heb ik het gisteren nog eens uitgeprobeerd op m'n eigen fiets, hier in Frankrijk. De Fransen keken hun ogen uit en je zag ze denken "is híj nou gek of ben ik 't?" Mijn echtgenote Irène vindt het een twijfelgeval. Ze houdt het op "hoe ouwer, hoe gekker". Bijgaand een fotootje, waarop de bevestigingswijze is te zien.

Maar dat klepper-de-klep herinner ik me ook nog op een andere manier. Het was vooral een bezigheid voor meisjes. Mijn zussen Ria en Annie waren er heel bedreven in! Twee houtjes (plankjes) van hooguit 15 cm lang, 3 cm breed en 1 cm dik (liefst van eiken- of beukenhout), tussen de wijs- en ringvinger van een hand geklemd, de middelvinger gebogen en dan ........... precies! Herken je het geluid nog? Als ook mijn buurmeisjes, Nellie, José en Jet, van over de schutting meededen, dan klonk het als een orkest.

Ik heb vaak geprobeerd om het te leren, maar mij is het nooit gelukt. "Da's niks voor jongens", zeiden ze dan. Welk "mèske van vruuger" wil daar nog eens een leuk stukje over schrijven voor Het Geheugen van Tilburg? Zoiets moet toch bewaard blijven!

Louis Sparidans

Media