“Toen we de maatregelen te horen kregen van handen wassen, geen handen meer schudden, niezen en hoesten in je elleboog, deden we hierover in het begin een beetje lacherig over. Het zou allemaal wel loslopen. Maar ondanks de sceptische houding of gedachte hielden we ons toch aan deze maatregelen. Op school kregen de kinderen extra uitleg over hygiëne. Niemand voelde zich onveilig. Niemand voelde het echt. Het komt wel weer goed, totdat je te horen kreeg dat het steeds erger werd.”
Strengere maatregelen
De maatregelen werden aangescherpt. “Op zondag 15 maart kregen we het bericht dat de scholen tot 6 april dicht zouden gaan. Dat had een enorme impact op mij, maar ook op mijn collega’s en de kinderen.” Annelies veranderde van houding, van gedachten. Corona kwam ineens heel dichtbij. In haar omgeving werden mensen ziek. Sommige mensen werden opgenomen op de IC en een enkeling overleed zelfs. “Je gaat een condoleancekaart kopen. Dat was voor mij heel erg confronterend want de kaarten waren bijna op.”
Over de drempel
Annelies vervolgt: “Op school bij de kinderen kwam het ook binnen als een bom, want je hebt de kinderen er niet naar toe kunnen praten. Je hebt het niet kunnen vermijden.” De school is direct aan de slag gegaan om programma’s voor de leerlingen in elkaar te zetten. Met de leerlingen en ouders werd veel telefonisch contact gehouden. Als extra ondersteuning werd maatschappelijk werk ingezet en de wijkagent hield een oogje in het zeil.“ Tot 6 april konden we dit wel volhouden. Maar toen bleek 6 april nog geen haalbare kaart te zijn. De school bleef dicht en gingen we op dezelfde voet verder. Met de ouders bleven we telefonisch contact houden waarbij sommige gesprekken moeizamer en emotioneler verliepen. Andere ouders gaven juist aan het erg leuk te vinden zo betrokken te zijn bij de leerstof van hun kind(eren). Je zag in twee weken tijd een innovatieslag dat iedereen achter de computer kon werken met Teams.” Videobellen werd populair: “Kijk juf, dit heb ik gemaakt en kijk juf, dit is mijn hondje. Je krijgt ook een blik in het persoonlijk leventje van iemand.” Het digitale werken, wat voor velen als een drempel werd ervaren, werd in korte tijd omarmd. “Het vak werd voor ons ineens heel anders.” Voor de leerkrachten was het extra hard werken, maar iedereen zette zijn of haar schouders eronder. “Het is fijn”, zegt Annelies, “dat basisschool Cleijn Hasselt deel uitmaakt van een groter bestuur, Xpect Primair. Het bestuur heeft belangrijke lijnen voor ons uitgezet, dat veel rust gaf.” Later zijn daar nog de protocollen van stichting Primair Onderwijs aan toegevoegd.
Tijdscapsule
Op 11 mei zijn de scholen in shiften gaan werken. Organisatorisch verliep en verloopt het prima. De kinderen zijn goed bezig. Toch had Annelies ervaren hoe moeilijk het was om de kinderen ten tijde van de schoolsluiting niet in levende lijve te zien. Zij niet alleen, ook haar collega’s hadden dat ondervonden. Het saamhorigheidsgevoel onderling en daarbuiten werd als positief ervaren. “Je hebt het gevoel dat je er niet alleen voor staat.” Hoe begeleiden we kinderen in deze periode. Wat zou een goede uitlaatklep voor hen zijn?” De school bedacht een tijdscapsule! De tijdscapsule, een metalen kist, werd gevuld met allerlei verwerkingsopdrachten zoals bijvoorbeeld het schrijven van een gedicht, het maken van een tekening, het bijhouden van een dagboek… Kinderen konden zo hun gevoelens vertalen in deze opdrachten.
De tijdscapsule zal op woensdag 10 juni officieel aan de collectie van Stadsmuseum Tilburg worden toegevoegd. In het jaar 2040 wordt de tijdscapsule opnieuw geopend door de kinderen van toen.
Dit verhaal behoort tot de reeks #Tilburg in tijden van Corona. Op basis van interviews worden mensen in gemeente Tilburg gevraagd te vertellen over hun ervaringen met het coronavirus. Dit verhaal is geschreven door Sandra van Dam, 20 mei 2020.