- Datering van de gebeurtenis: 2010
Omdat ik zelf drie keer het Grôot Tilbörgs Dikteej gewonnen had, mocht ik niet meer mee doen voor een vierde keer. Zeer terecht, vond ik dat. Als je namelijk het ´kunstje´ kent, haal je met gemak weer het volgende diktee. Tenminste, zo dacht ik. Samen met de Stichting Tilbörgse Taol besloot ik dan ook een cursus te gaan geven met als doel een volgende winnaar van het Grôot Dikteej.
De STT plaatste een artikel in Brabants Dagblad en riep op tot deelname. Lezen en schrijven van de Tilburgse Taol was het doel. Als meesterproef de eerdergenoemde toets die elk jaar op de eerste vrijdag van november plaatsvindt bij Boerke Mutsaers. De oproep had effect: meer dan 20 deelnemers meldden zich. Voor zo´n eerste probeersel van een cursus was veiligheid geboden: 12 deelnemers was een te overzien aantal. De anderen werden op een wachtlijst gezet.
´Iedereen kan het leren´, dacht ik zoals ik al zei. Maar de eerste lesavond waren er deelnemers die niet van onze stad en zelfs niet uit onze provincie kwamen. Het viel niet mee om hen de Tilburgse èè van ´kwèèk` te laten zeggen of de nog ergere `aaw` van `snaawe` en `knaawbôone`. Ze haakten af, die uitheemsen. Ik een illusie armer. ´Het zou niet meevallen`.
Maar de negen cursisten die ik over heb, doen enorm hun best. We hebben nu vijf lessen gehad en alle klinkers en naglijders hebben we onder de loep genomen. Moeilijk is het om de ò, de ôo en de ö en de o uit elkaar te houden. Eén van de cursisten had al ezelsbruggetjes bedacht zoals ´ene knêûp heej tweej huudjes.´
Gelukkig krijgt dit gezelschap ondersteuning van het Tilburgse ´gruune buukske´ ofwel de grondlegger van de Tilbörgse Taol: Wil Sterenborg. Getrouw komt hij elke cursusavond mee aan tafel zitten. Hij geeft zowel mij als de cursisten les in de herkomst van sommige klanken en woorden. Het zal hen vast gaan lukken, die negen deelnemers. In november zullen we zien wie van hen de winnaar wordt van Tilbörgs Grôot Dikteej.