- Datering van de gebeurtenis: jaren 30 t/m begin jaren 50
Mijn opa en oma van moederszijde (Jo & Cor van Dijk-Zopfi, resp. 23.01.1909 - 05.04.1974 & 28.01.1909 - 23.02.1989) hadden een brood en banketbakkerij. De deur van de winkel was aan het Theresiaplein, maar officieel was de winkel gevestigd in het pand:
Minister van Sonstraat nummer 1.
De winkel stond er al voordat de huizen er stonden in de Minister van Sonstraat.
De kerk stond er toen nog niet en het Theresiaplein was nog een modderplein. Daar moest men dan met de bakkerskar overheen.
Mijn moeder (Toos/Tos Schoenmakers-van Dijk) heeft met de bakkerskar heel wat brood rondgebracht in haar jeugd. Er schuilde veel ellende achter sommige voordeuren. Ze herinnert zich bepaalde adressen met naam en toenaam, maar uiteraard is dat niet iets om in de openbaarheid te brengen.
Er waren gezinnen waarvan de vader het geld dat hij verdiende geheel opdronk, waardoor er geen geld was om zelfs eerste levensbehoeften, zoals brood, te betalen. Soms werden er ‘smoesjes' verzonnen en soms werd het ronduit gezegd. Scheiden was toen nog taboe.
Maar ook bij welgestelde gezinnen, ging de levering van het brood niet altijd zonder strubbeling. Zo kan mijn moeder zich nog een mevrouw herinneren die altijd wel iets te klagen had. Dan was het brood volgens haar niet goed/vers genoeg en moest mijn moeder terug om nieuw brood te gaan halen. Op een gegeven moment had mijn moeder er ‘tabak' van. Uiteraard in figuurlijke zin, anders zou men nog gaan denken dat er toen al ‘spacecake' bestond. Afijn, ze ‘aanvaarde' de klacht en nam het brood terug aan. Ze ging echter niet terug naar huis / de bakkerij, maar maakte haar ‘ronde' af. Op het einde van de ‘ronde' bracht ze hetzelfde brood weer naar desbetreffende mevrouw. Deze nam het ‘nieuwe' brood goedkeurend in ontvangst.
Soms werd mijn moeder binnengevraagd en werd haar een kopje thee aangeboden. Zo vertelde ze eens van een mevrouw; allerhartelijkst, maar met een ongelooflijk slonzig huishouden. De plasluiers hingen boven de kachel te drogen, waarop het kannetje met water borrelde voor de thee. Ze bedankte dan vriendelijk beleefd voor het aanbod, maar sloeg het af.
Het is wel eens gebeurd dat mijn moeder moest nablijven op school. Thuis kreeg ze nog extra de les gelezen, aangezien ze te laat was voor haar ronde.
Men was gesteld op bepaalde levertijd i.v.m. versheid. Daarvoor kwam het voor dat mijn opa ook op zon- en feestdagen moest bakken. Drie dagen lang worstenbrood bakken voor de kerst, was destijds heel gewoon. Zelfs op kerstavond moest mijn opa altijd volop worstenbrood bakken, aangezien de clientèle vers worstenbrood wilde en ook dit werd dan weer aan huis bezorgd. Het is voorgekomen dat de pastoor kwam ‘klagen' dat mijn opa niet in de kerk was verschenen. Ik heb begrepen dat mijn opa toen alsnog alle heiligen heeft aangeroepen en dat de pastoor zo weer buiten stond, met de zegen van mijn opa.
Mijn opa stond niet bekend als een heel gemakkelijk man, hij was vrij streng.
In totaal kregen mijn opa en oma negen kinderen. Hun enige zoon overleed op zevenjarige leeftijd.
Zie ook ‘Tini/Broertje van Dijk' op deze site, bij Tilburgers.
Begin jaren 50 heeft mijn opa de bakkerszaak moeten verkopen om gezondheidsredenen. Mijn opa was astmatisch en dit bleek in combinatie met het bakkersgist uiteindelijk funest.
De bakkerij werd verkocht aan bakker Stillekens.
Het gezin van Dijk verhuisde voor korte tijd naar de Capucijnenstraat, totdat ze het pand Sasse van Ysselstraat nr. 6 konden kopen.
Mijn opa, Jo van Dijk, kocht eveneens twee panden in de Veldhovenstraat om via verhuur toch vaste inkomsten te hebben. De panden lagen naast elkaar. In één van de panden zat Ario Granuzzi met zijn frituurzaak (veldhovenstraat 54, tegenwoordig cafetaria ‘La Toscana' / Veldhovenring 122) en in het andere pand zat drogisterij Luijten (tegenwoordig boetiek ‘Pantheon' / Veldhovenring 126).
Mijn vader en moeder hebben na hun trouwen een paar jaar boven de frituurzaak gewoond (destijds veldhovenstraat 54a) en naar aanleiding daarvan zijn er heel wat anekdotes. Mijn vader kon het wel vinden met ‘den Ario', maar er waren ook wel eens meningsverschillen. Iets om nog eens een apart stuk/artikel over te schrijven.