Fietservaringen in 1895

Foto van rond 1900 van Wilhelmus van den Brekel (1872-1955).

 

‘Ook onze stad heeft ten langen laatste moeten zwichten voor het overal overheersend ‘moderne paard’. Was het vroeger een bijzonderheid in onze straten een wielrijder te ontmoeten, thans is het er een wanneer men er geen ontmoet. Met reuzenschreden is dan ook de wielersport hier toegenomen.
En zij die vroeger met zekere minachting over een wielrijder spraken, de wielersport een kwajongens- en ongezonde sport noemden, diezelfde luitjes ziet men thans in onze straten dapper wieleren en met ruime teugen genieten van dat onzinnige ding van vroeger. Hoe het komt, dat hier de wielersport 100 pct. is toegenomen? .... 't Is voor mij een raadsel. Want het vorige jaar toch waren de rijwielen niet duurder dan thans, bezaten zij eveneens dezelfde goede eigenschappen, en de wegen waren toch ook niet slechter?.... Bij het zoeken naar de oorzaak hiervan, haspelt men alles door elkaar, de een beweert doodeenvoudig ‘na-aperij’, weer een ander ‘sportmanie’ , een derde noemt het ‘mode’, enz.
In elk geval is het geen slecht teken, want ik maak uit deze rijwielbeweging op, dat de zaken in Tilburg nog niet zo verkeerd gaan.
Met zekere voldoening en trots gaat uw correspondent dan ook tegenwoordig door Tilburg's straten mooie asfaltwegen, vooral in de Station- en Willem II-straat!!
En geen wonder, want hier wordt het oor van de wielrijder gestreeld door .... zacht geritsel en gesnor van wielen, getoeter van horens, gerinkel van de bellen, origineel geluid van de sirenen, en ware het niet, dat wij enige ‘woeste vélocipèden’ in ons midden hadden, men zou zich geen groter denkbeeld kunnen vormen van het poëtische van onze wielersport.

Sommige wielrijders gaan dan ook met hunne rijwielen zeer woest en onbezonnen te werk. De meeste van deze ‘jongeheren’ het grootste deel behoort nog tot de bekende categorie ‘jonge broek’ en zij die er feitelijk niet meer bij horen, stellen zich toch aan, als nog behorende bij dit gezelschap, hebben de zonderlinge gewoonte door de straten te rennen (racen, FK) ofwel met los stuur en op trottoirs te rijden.
Er is zelfs een, die met zijn blote kuiten (korte broek, FK) de straten siert. Deze grote en deftige sportlui schijnen zich deze gewoonte eigen gemaakt te hebben en de aandacht van het publiek te trekken, dat trouwens wel eens is geschokt. Hoe het publiek echter over deze ‘geurmakerij’ denkt, behoef ik natuurlijk niet nader toe te lichten. Mogen deze jongelui toch eens bedenken, dat zij niet alleen de ‘wielersport’ in 't algemeen, maar ook zichzelf benadelen. Thans zijn er nog geen scherpe politieverordeningen, maar zal zulks blijven bestaan, als er zo woest gereden wordt.
‘Een vriend van gezonde sport’ schrijft in één onzer locale bladen, kan de wielrijdersbond hier niets aan doen?
Als antwoord hierop zoude kunnen leveren, dat de wielrijdersbond (indirect) er reeds lang werk van gemaakt heeft. Door het Bestuur van de wielrijdersvereniging ‘Velox’ alhier (allen bondsleden) dat reeds voor circa 8 weken een circulair was gericht niet alleen tot haar leden, maar ook aan de meeste wielrijders in Tilburg, met het volgende verzoek:
1e niet op trottoirs te rijden;
2e niet te rennen (racen, FK) door de straten;
3e stuurstang van het rijwiel steeds vast te houden onder het rijden;
4e bij het ontmoeten van voortuigen rechts uit te wijken en links te pasaren;
5e bij het groeten het militair saluut te gebruiken.
Ook stond in deze circulaire vermeld het reglement van politie op het gebruik van de openbare wegen in de provincie Noord-Brabant, nl.
Het is verboden:
1e Met vélocipèdes bij het ontmoeten of voorbijgaan van schichtig wordende paarden door te rijden, totdat de paarden op een afstand van meer dan tien meter verwijderd zijn.
2e Met vélocipèdes te rijden, wanneer er geen maanlicht is van een uur na zonsondergang, en de vélocipède niet door een lantaarn behoorlijk is verlicht.

Meer kon de Wielrijdersbond toch al niet doen, vooral omdat het meer niet-Bondsleden geldt.
Zouden echter de ouders van deze toekomstige renners en kunstrijders er niets aan kunnen doen?
Ik had liever wat over wedstrijden en vergaderingen geschreven, maar dat voor een volgende keer; eerst moest dit er af.
Moge in onze stad de wielersport en de A.N.W.B. bloeien! ‘
-                 -
Bron: Nieuwe Tilburgsche Courant van 21 juli 1895

Rond 1890 werd de ‘Hoge Bi’, met hoog wiel voor en klein wiel achter, vervangen door het model zoals wij dat nu kennen. Met twee wielen van gelijke grootte en met kettingaandrijving.

 Voor de sportievelingen en jongelui zaten de handvaten van het stuur daarbij lager dan het zadel zoals te zien op bijgaande afbeeldingen

 Zie ook ‘Verkeer en vervoer in Brabant, 1814-1940’, Frans Kense, Tilburg 2014, pag. 119 e.v.

Media