Dagboek Mandos (10)

Hoek Tuinstraat / Nieuwlandstraat  -

Met een (letterlijk) vervolg op donderdag 12 oktober 1944:  

‘Katja’s verjaardag. Onwillekeurig heb ik vandaag veel aan Amsterdam gedacht. Het zal wel geen prettige verjaardag zijn. (Katja is het eerste kind van ‘tante Ad en oom Joop’ (Karskens-Mandos), de peetouders van mijn echtgenote Irène en woonachtig in Amsterdam; Katja werd die dag twee jaar; LS). Er gaan hier zooveel geruchten over Amsterdam. Joop heeft altijd goed gezorgd en ik hoop maar dat die aardappelboer nog in zijn kelder zit.  

Miep en Hein zijn weer groenten wezen kopen op de Ringbaan Noord. In de Gasthuisstraat zagen ze een karretje met twee dooden moffen. Daarop lag een tak met bladeren. De koetsier rookte z’n cigaret, zat met een zweep in de hand, zonder de minste eerbied. Vader had hetzelfde gezien op een stootkarretje, daar lag een zak over het lijf. Hoe cru, wat een tijd beleven wij.’  

Op vrijdag 13 oktober 1944 gevolgd met:  

‘Vandaag werden wij wakker van het geknal van de ontploffingen. De fabrieken van Tilburg werden vernietigd. De gebouwen niet, maar de machinekamers. De industrie in Nederland moet kapot gemaakt worden. We zijn ermee klaar, dat het herrenvolk hier zoolang tegenstand biedt.  

Het schieten is vandaag weer geweldig. Ook veel overvliegen en mitrailleeren. Hein en Miep hebben zeer goed gezien het duiken en afschieten, vanaf het Heuvelsch kerkhof. De beschieting had plaats op de Moergestelse weg. De St. Josephstraat en de Prof. Dondersstraat zijn helemaal gebarricadeerd.  

Vanavond om 8 uur werd gebeld. Wie mag dat zijn? Er mag toch niemand meer op straat. Bonzen op de jaloesie. “Aufmachen”. Jan rent met de radio naar het kolenhok en Marie-Thérèse naar boven om Jan z’n radio te verstoppen. Vader gaat open maken. “Inkwartiering”. Marie-Thérèse en Jan komen alletwee zoo wit als een muur weer te voorschijn.’  

Wordt vervolgd.  

 

Louis Sparidans