Winter januari 1939

Gladheid in Den Bosch januari 1939

Dit jaar hoop ik 75 jaar te worden. Benieuwd wat er in mijn geboortejaar allemaal in Tilburg aan de hand is geweest, ben ik de historische kranten van de Koninklijke Bibliotheek maar weer eens ingedoken in de hoop een aantal amusante en/of markante berichten toe te kunnen voegen aan het Geheugen van Tilburg.

Het is vandaag 2 januari 2014 15.00 uur. Op mijn thermometer zie ik dat het momenteel hier in Nuenen 11 graden is. Er schijnt een waterig zonnetje maar er valt ook af en toe een buitje.

Begin 1939 had men net een strenge vorstperiode achter de rug; het Wilhelminakanaal was dicht gevroren, maar nu de dooi inviel, was het voor ijsbrekers mogelijk om vanuit Oosterhout het ijs voor de binnenvaart te breken zodat die de Piushaven weer konden bereiken zo lezen we in de Nieuwe Tilburgsche Courant van 2 januari 1939.

HET WILHELMINAKANAAL WORD WEER VRIJ GEMAAKT VOOR DE SCHEEPVAART.

Heden met ijsbreken begonnen.Naar wij vernemen is door de firma Te Winkel en Oomes vanuit Dordrecht een speciale boot gerequireerd, welke hedenmorgen te Oosterhout begonnen is met het breken van het ijs op het Wilhelmina-kanaal.

Achter den „ijsbreker" volgen eenige schepen, die als eerste van het nieuwe jaar de Tilburgsche haven zullen binnenloopen.

De ergste kou scheen dus uit de lucht te zijn, wellicht konden er nu wat minder kolen in de kachel.
In die zelfde krant schreef Dhr. Ficq uit de Willem II straat  in een ingezonden stuk, dat hij het allemaal wel erger had meegemaakt:

"Mag ondergeteekende in Uw veel gelezen blad eenige plaatsruimte verzoeken, bij voorbaat besten dank.

In uw geëerd blad van vorige week las mijn persoon een stukje over Een vorstperiode. „Nimmer vroor het zoo langdurig fel."

Doch schrijver dezes als amateur schaatsenrijder heeft langere en fellere vorst meegemaakt. Van den zeer strengen en langen winter van 1893—1891 weet ik weinig meer, daar ik toen schooljongen was, wel weet ik dat mijne Moeder mij thuis hield uit school, wat ik destijds fijn vond. Volgens overlevering begon toen Koning Winter op 22 Nov. Ceciliafeest, en eindigde met Maart."

Hij schrijft vervolgens over de strenge winter van 1929 ondermeer:

"Men zegt wel eens “lest heugt het best”,  dus beginnen met den winter van „1929." Deze begon met 2 Januari des avonds, met 6 Jan. (Driekoningen) reed men overal schaatsen, het vroor toen 9 weken aan een stuk door.

In Februari kwam de strenge kou, een vorstperiode van 10 dagen achtereen, van des daags 10 tot 12 graden onder nul des ’s nachts 20—22 gr.”….”

Als echt schaatsenliefhebber ging ik met 6 Januari 1929 naar de ijsbaan, heb toen 8 weken geschaatst tot en met 19 Maart (St. Joseph). Den 23ste Maart was alle ijs verdwenen. Het ijs had toen een dikte van 100 centimeter. Ook de vorst zat één meter in den grond.

Persoonlijk hakte ik 's avonds om vijf uur met een aks een bijt in het ijs voor de eenden en des 's morgens 8 dezer liep ik er weer over. Honderden kippen in Barneveld en Apeldoorn zijn toen dood gevroren.

Honderden boomen klapten met een harden siag open. Bij een bakker was de waterleiding achter den oven bevroren. Men kon toen met Carnaval-Maandag niet buiten komen. Het was toen geweldig koud, veel kouder dan 't nu geweest is. Ook duizenden visschen waren toen doodgevroren.

Daar waren slooten die geheel zonder water lagen, de visschen kregen geen lucht meer. Zooals gezegd toen zat overal ijs van 80 a 100 centimeter. Nu (december 1938 HvM.)heeft men 15 centimeter geconstateerd."

Maar dan nog: het was begin 1939 een stuk kouder dan nu! Ik zag overigens gisteren drie vluchten ganzen naar het zuiden trekken. Onze vroegere Brabantse weerman Johan Verschuuren van Omroep Brabant (Goeiemóorge) zou dan zeggen dat we hier nu ook een wintertje konden verwachten.

Helaas kon ik geen enkele foto van Het Wilhelminakanaal in die dagen vinden. Daarom maar een foto uit de Nieuwe Tilburgsche Courant van 2 januari 1939, die bewijst dat het toen glad was, althans in ’s-Hertogenbosch…

Henk van Mierlo

Nuenen