Verplichte tewerkstelling

  • Datering van de gebeurtenis: juni 1943-mei 1945

 

Het verschil van vijftien minuten

 

Het is juni 1943 de Duitse oorlogsindustrie draait op volle toeren. De meeste Duitsers waren nodig aan het front en het arbeidstekort werd o.a. aangevuld met Nederlandse jongens geboren in het jaar 1924. Onder de noemer "Arbeitseisatz".

 

In Tilburg wisten er enkelen de dans te ontspringen en kregen een speciale pas omdat ze "niet" gemist konden worden op hun werk(voor de Duitsers). Een enkeling dook onder met alle gevaren van dien Diegenen die moesten gaan hebben allemaal hun eigen verhaal. Als rode draad loopt door al die verhalen het snel volwassen worden. De achttien-plussers worden te werk gesteld in de fabrieken die het oorlogmateriaal en onderdelen daarvan produceren. We laten één van hen aan het woord: "Onderduiken thuis was voor mijn geen optie, mijn vader was in Duitsland opgegroeid en was tamelijk Duits gezind. Hij vond dat ik moest gaan, bang dat ik anders de gehele familie in gevaar zou brengen.(Bonnen voor mij waren er niet meer.) Dus ik vertrok vanuit Tilburg met de trein naar Essen. Ik was te werk gesteld in de Krupps fabrieken daar. Ondanks het feit dat ik over een fysiek sterk lichaam beschikte was het werk zeer zwaar. Op de vrije korte afstand van de smeltovens was het bloedheet. Liters water dronk ik tijdens mijn "shift". We werkten in ploegen de klokrond. Acht uur werken, acht uur slapen en acht uur vrij. Tenminste zo begonnen we in Essen. Later was het tien uur werken, acht uur slapen en zes uur vrij, weer een maand of wat later was het 12 uur werken, acht uur slapen en vier uur vrij. Ten lange leste werden die laatste vier uur (rust) eveneens werktijd. Het eten was redelijk ( voor ons, de Russen, Polen e.d. kregen veel minder en dikwijls dunne koolsoep) en er was constant water binnen handbereik. Op de duur was het slopend, er gebeurden steeds meer ongelukken op het werk. Meestal met dodelijke afloop. Regelmatig kreeg een collega en deel gloeiend staal tegen zich aan. De brandwond was in de meeste gevallen dodelijk. Op een dag was ik aan het werk en zag iemand spontaan in de ketel gesmolten staal springen, hij kon het niet meer aan. (Vooral de Russen e.d. werden zeer slecht behandeld en kregen zeer schrale kost)

Je werd in de loop van de tijd steeds harder, maar er waren grenzen. Op een mooie zomerdag in 1944 stond ik op om aan het werk te gaan. Mijn slaapje kroop in mijn warme bed. Je had geen eigen bed, je sliep in het bed van je slaapje. Jij eruit, hij erin. Op de werkplek aangekomen ging het luchtalarm, de fabriek werd heftig gebombardeerd. Hiervan raakten wij niet meer onder de indruk, we kropen soms veilig weg. Dikwijls gingen wij naar buiten om het spektakel te bekijken. Nu ook op die bewuste dag, we zien dat de barak, waarin ik nog geen kwartier geleden lag te slapen, werd getroffen, hij vloog meteen in brand, diegenen die binnen waren, konden niet meer aan de vlammen ontkomen. Nadat de "rust" was wedergekeerd en de barak was uitgebrand, zocht ik mijn gebruikelijk slaapplaats op. In het onderste stapelbed trof ik mijn slaapje, geheel verkoold, niet groter dan een halve meter. Ik hield het niet meer en rende weg van de plek waar ik gelegen had, als de bombardementen een kwartier eerder hadden plaats gehad, dan.......... Mijn maag draaide om en ik moest overgeven en barste in snikken uit. Ik zag nog juist dat de geharde Russen met enkele verbranden landgenoten aan het voetballen waren. Het werd zwart voor mijn ogen en.......Ik kwam bij toen het al donker was, de uitgebrande barak stak macaber af tegen de volle maan. Ik had het gevoel dat ik vele jaren ouder geworden was in één dag. In gedachte nam ik het besluit nooit meer te geloven in een God die dit toestond. Mijn gedachten werkte plotseling versneld, het plan om naar Nederland terug te keren rijpte in een snel tempo. De volgende dag nam ik samen met een straatgenoot de benen. Liever onderweg sterven dan op deze manier aan ons einde komen.

Hij had zijn penning en bestek met hakenkruis in zijn schamele bagage. Vol ontbering was de terugtocht, maar zij haalden het. Zijn eigen zus herkende hem niet meer toen hij uiteindelijk in Tilburg aankwam.

Hij is zeventig als hij het verhaal voor het eerst vertelt aan zijn zoon. De tranen kregen de vrije loop tijdens het luchten van zijn "hart", hij sloot af met de mededeling: "Ik heb alleen de minder schokkende dingen verteld". Ter illustratie noemt hij nog het dagelijks doodslaan van o.a. krijgsgevangen Russen, Polen en anderen, als ze maar even in slaap sukkelden.(Hun dienst was langer en hun rust korter). De rest nam hij mee in zijn graf als hij op tweeëntachtig jarige leeftijd "zijn slaapje" volgt in de dood. Inmiddels vierenzestig jaar na de gruwelijkste dag in zijn leven........

 

Rien van der Heijden
2007

Bijlages:
Foto 1: Toon met zijn broers en zussen in 1932 (tweede van links)
Foto 2: Een jaar na de terugkeer, bij terugkeer was hij nog veel magerder.

 

Tilburg Wiki:

Media