De laatste gang van koning Willem II

  • Datering van de gebeurtenis: 03-04-1849

De laatste gang van koning Willem II

Op 3 april 1849 's morgens om 7 uur werden er 101 kanonschoten afgevuurd terwijl het stoffelijk overschot van koning Willem II op de met vier paarden bespannen lijkwagen werd geplaatst. De kist was bedekt met een fluwelen rouwkleed waarop een rood fluwelen kussen lag met de 'Koninklijke Kroon, waar nevens de epauletten en de beide sabels, door den overleden Koning gedragen in de veldtochten van 1815 en 1830.'

De lange stoet werd geopend door een eskadron van de cavalerie, gevolgd door twee compagnieën van de dienstdoende schutterij van Tilburg, enkele officieren en de kamerdienaren en lakeien die te Tilburg in dienst waren geweest. Vervolgens een rouwkoets met de opperkamerheer Baron Van Doorn van Westcapelle en de opperschenker Baron Van den Bogaerde van Terbrugge. Aan weerszijden van de lijkwagen liepen twaalf onderofficieren, gevolgd door de zes dienstdoende adjudanten van de koning, de grootmeester van de koningin, de lijfarts dokter Everard, de officier van gezondheid Van Hees en dokter Maes. Graaf Van Bylandt leidde het rijpaard van de koning, waarvan hij in Tilburg altijd gebruikmaakte. Twee rouwkoetsen en twee eskadrons cavalerie sloten de stoet. Het geheel werd met 'treffende treurmuziek' begeleid door de Nieuwe Koninklijke Harmonie.

Langs de weg stonden de Tilburgse gilden opgesteld. Het stadsbestuur onder leiding van burgemeester H.B. Beckers bevond zich op de Bredaseweg aan de gemeentegrens. Vanaf half zeven 's morgens tot het moment dat de stoet de stad had verlaten, hebben de doodsklokken onophoudelijk geluid en 'werden alle huizen tot zelfs de hutten der armste daglooners gesloten; in plechtige en eerbiedige stilte drong de menigte samen, en schreien zag men menig oog waarin niet licht een traan opwelde. En zoo werd, begeleid door de overal treurende bevolking, het dierbaar overschot van den zoozeer beminden Koning Willem II, met de gebruikelijke ceremoniën in den Koninklijke grafkelder te Delft bijgezet.'

Ter herinnering aan haar verblijf in maart 1849 te Tilburg, schonk koningin Anna Paulowna aan de Nederlands Hervormde kerk in de Heuvelstraat een zilveren avondmaalsschotel. Pastoor/bisschop Zwijsen, in wiens pastorie zij al die tijd gelogeerd had, kreeg als dank een gouden met parels bezet bisschopskruis en een bidstoel met door haar eigenhandig geborduurde bekleding.

Bron: Ronald Peeters, Koning Willem II. Opperbevelhebber van het leger, ondernemer en grootgrondbezitter in Tilburg (Tilburg, 1999).