Door: Theo van Etten
Deze herinnering staat op het netvlies van Maartje Kuijpers gegrift. Elke zaterdagochtend mocht zij met haar vader naar de fabriek. Het zijn de tachtiger jaren en de fabriek is INCASE, een bedrijf dat luxe kunststof verpakkingen maakte. “Daarna ging het hek langzaam open en reden wij het fabrieksterrein op. Binnen was het doodstil. We slopen de kantoren binnen, waar stalen (typisch jaren vijftig) ‘Lips’ bureaus op marmoleum vloeren stonden met een prachtige bakelieten telefoon erop. Zittend in de grote leren stoel van papa speelden we dat wij hier werkten. Het was een paradijs op aarde.”
Maartje verhuist op haar achttiende naar Amsterdam, maar koestert warme herinneringen aan die kindertijd. Haar vader was Peter Kuijpers, zoon van Pieter Gerardus Kuijpers, de grondlegger van de Schiedamse Lederwarenfabriek. Later vestigt dit bedrijf zich in Tilburg, in de Nieuwstraat. In 1964 zal het bedrijf zich onder leiding van Peter Kuijpers verder automatiseren en verhuist het naar het Smidspad. Eind jaren zestig gaat de fabriek onder de nieuwe naam INCASE verder. Er werken dan zo’n 150 tot 200 mensen.
‘Mijn vader maakt doosjes,’ zeiden wij altijd.
“Wij zeiden altijd dat mijn vader doosjes maakte. Maar dat waren dus luxe, kunststof verpakkingen. Onder andere voor gehoor- en scheerapparaten van Philips, of vulpennen van de merken Mont Blanc en Parker. Ook werden er in de jaren zestig koffers voor Samsonite gemaakt.”
Maartje herinnert zich de sfeer in de fabriek nog goed: “In de fabriekshal stond zo’n hele batterij van oud-groenen stalen spuitgietmachines opgesteld. Ik heb nog steeds een zwak voor dergelijke fabrieken. De gesprekken van mijn vader met de werknemers waar ik niks van begreep. En die geur, heerlijk! Op zaterdag liepen mijn zus en ik met mijn vader door de fabriek. Dan mochten we op de transportkarren zitten en racete papa ons de hele fabriek door.
Het was ook een bijzonder complex. Echt zo’n pand uit de jaren vijftig. Volgens mij waren de verschillende ruimtes met gangen en trapjes aan elkaar verbonden. En o ja, het matglazen dak waar prachtig licht door naar binnen viel. Via een brede gedraaide trap kwam je bij klapdeuren waardoor je de fabriek in liep. Eenmaal daar doorheen kwam het geluid en de geur van de fabriek over je heen.”
Ook de sfeer was goed, herinnert Maartje zich. “Vooral tijdens de Sinterklaasfeesten, dat voelde heel warm. Volgens mij was het een hechte groep mensen, waarvan velen er wel meer dan 35 jaar hebben gewerkt. Ik kan me de tekentafels van de productontwerper goed herinneren. Ik vond dat briljant, die man kon alles bedenken.” Op haar zestiende werkt Maartje zelf bij INCASE: “Een vakantiebaantje, samen met een vriendin. Zaten we aan de lopende band, doosjes te poetsen, voordat de producten erin gingen. Dat vonden we heel gezellig zo midden in die oude fabriek.”
'Het was een echt familiebedrijf.’
1991 verhuist INCASE naar de Centaurusweg; in de binnenstad is geen plaats meer voor uitbreidingen. In de navolgende periode slaat INCASE een nieuwe weg in: een structurele transformatie naar de farmaceutische industrie. Eind jaren negentig verkoopt Peter Kuijpers zijn bedrijf, tegenwoordig heet het: Helvoet Rubber & Plastic Technologies BV. Maartje: “Het is de juiste koers geweest want het bedrijf bestaat nog steeds. Ze maken daar mooie dingen zoals materialen voor insuline-instrumenten.”
Terugblikkend constateert ze: “Het bedrijf was papa’s ziel en zaligheid. Mijn vader heeft er vanaf z’n twintigste gewerkt, hij is samen met zijn vader groot geworden met het bedrijf. Een familiebedrijf woog best zwaar. Die verantwoording lijkt verder te gaan dan een day-to-day job. Mijn oom werkte er, mijn tante was er nauw mee verbonden. Altijd ging het over de zaak. Dat daar een heel mooi bedrijf uit is voortgekomen maakt het heel bijzonder. “En dan was mijn vader ook nog eens de fijnste vader die een dochter zich kan wensen.”
Fotobijschriften: Productontwerp op de PC en kunststof verpakking voor scheerapparaten.