Aansluitend op het verhaal van de heer Sparidans wil ik ook een "duit in het zakje doen". Mijn belevenissen uit de tijd na WO2 dekken zich voortreffelijk met die van de heer Sparidans. Alleen ben ik 5 jaar jonger. Opgegroeid in dezelfde Theresiaparochie en dezelfde kleuter- en lagere school bezocht. Bij dezelfde fraters in de klas gezeten en het RK geloof met volle teugen genoten. En dus ook iedere maand klassikaal naar de Biechtstoel. In tegenstelling tot de heer Sparidans wist ik telkens precies wat ik moest biechten nl: "onkuisheid gedaan" Dat klinkt onschuldig maar voor mijn gevoel leefde ik constant in "staat van doodzonde" en dat gevoel heeft mijn jeugd danig verpest. Daarom prijs ik de hedendaagse jeugd gelukkig dat "de kerk" aanzienlijjk op de achtergrond is geraakt en men het geloof straffeloos aan zijn laars kan lappen. Toch hecht ik veel waarde aan de moraal die we in onze jeugd hebben meegekregen. Dezelfde moraal treft men echter aan bij mensen die nooit van God of Gebod gehoord hebben. Eveneens belangrijk voor mij is de kennis van de Bijbel en de verhalen over de Schepping tot en met de Werken van van de Apostelen. Zij zijn de basis van onze Christelijke kultuur. Een kultuur die helaas door de onkerkelijkheid en het voorrukken van het Mohamedaanse meer en meer in de verdrukking raakt.