Een aantal jaren mocht ik tuinieren in de mooie grote tuin van het fratershuis op 't Goirke.Deze tuin waarvan de meeste mensen alleen maar kunnen vermoeden hoe mooi die toen was, was een oase van rust en stilte midden in de bewoonde wereld. Er woonde ook een egelfamilie die nooit tam werd maar wel oom lekkers kwam bedelen bij de ingang van de keuken. Diverse soorten vogels waren in aantallen aanwezig en hoefden niet bang te zijn voor verstoring van hun nesten. Behalve het kweken van bloemen en planten, klein fruit en groente deed ik van tijd tot tijd ook wel een klusje in het huis. Veelal op verzoek van overste Walter Sloots, maar ook wel samen met frater/koster Joh. Vaes. Die was een goede vriend van me, mede omdat wij voor veel dezelfde dingen belangstelling hadden. Maar net als ik hield Jo het meest van bloemen en mensen. Bij een van de klusjes had ik een bijzondere ontmoeting, een levensgroot Mariabeeld. Op een kleine binnenplaats stond zij, een beetje verloren in een hoekje. Juist op dat plekje van het complex kwam zelden iemand, ook niet om naar Maria te kijken laat staan om er een bloemetje of een lichtje bij te plaatse. Toen ik het beeld eens goed bekeek kwam ik tot de conclusie dat het materiaal waaruit het bestond was gemaakt voor de eeuwigheid. Avé Maria, wees gegroet op deze verlaten plek. Als je de litanie die voor haar is geschreven eens doorleest, kun je geen andere plek bedenken waar zij nog minder op haar plaats is. Na informatie bij de overste werd duidelijk dat het beeld lange tijd binnenshuis had gestaan, maar dat er op zeker moment geen plaats meer voor was. "Maar als jij ergens in de tuin een mooie pek voor haar kunt vinden, ga je gang als je er maar wat goeds van maakt" En net als bij andere klusjes: ik hoor het wel als het wat gaat kosten.En een klus werd het zeker, deze Maria woog meer dan een halve ton.Maar met hulp van enkele sterke armen en een stokoud plateauwagentje kreeg het beeld een prominente plek in de tuin. Vooraf had ik er een soort boskapelletje voor opgetrokken met verharde vloer, waarna moeder en kind er na korte tijd asiel kregen. Met bloed, zweet en tranen en af en toe een schietgebedje, werd de grond ervóór gecultiveerd en beplant met bloemen in diverse kleuren. Na korte tijd werd het Mariahofke een piepkleine bedevaartplaats en werden er heel wat kaarsjes aangestoken.
Toen een paar jaar later het bericht rondzoemde dat het huis gesloten zou worden, kwam dat over als de spreekwoordelijke donderslag. Gaande de rit naar de suitingsdatum overwoog ik de mogelijkheden Maria en haar zoon voor een onbestemde toekomst te behoeden en bad tot de Moeder van Goede Raad. Tijdens mijn werkzaamheden op de begraafplaats kreeg ik een m.i. helder idee, dat ik voorlegde aan de overste. Die moest daarover even overleggen met het hoofdbestuur, waarna de kogel al gauw door de huiskapel was. De fraters van Tilburg, die het huis al zo'n 65 jaar bewoonden, zouden het beeld bij wijze van afscheidskado schenken aan de parochie., aan de parochianen dus; het beeld was dus niet van één persoon. Toch ging het daar later erg veel op lijken, al werd in 1e instantie het geschenk in dank aanvaard.
Een plekje was snel gevonden, onder de drie oude bomen aan de achterzijde van de begraafplaats.Na betrekkelijk korte tijd hadden Moeder en Kind een zo mogelijk nog mooiere verblijfplaats dan voorheen. Bij het beeld mocht ik een bordje plaatsen waarop de reden van de verhuizing was vermeld. En ook nu vonden bezoekers al snel de weg naar het devotiekapelletje, waarbij opnieuw veel lichtjes werden aangestoken. Maar binnen niet al te lange tijd werd toch duidelijk dat Moeder en Zoon niet zo welkom waren als aanvankelijk werd gedacht. Meer dan één Mariabeeldtenis op de begraafplaats 'zou eigenlijk niet kunnen'. ik ben toen eens gaan tellen en kwam tot meer dan twintig marias. Na wat geharrewar, zonder steekhoudende argumenten , viel het besluit: "deze Maria moet weg"! En zo geschiede....."We hopen dat je het met onze zienswijze eens bent Gerard, maar als dat niet o is, verandert dat niets aan het besluit". En werkelijk waar, ik mocht zelf een nieuwe bestemming zoeken. Nou ja, dat gaat natuurlijk niet zómaar.Het bidden van de hele litanie van de H.Maagd zou niks hebben geholpen. Het kapelletje werd woest gesloopt en het beeld kreeg een plek zomaar ergens op een zijpad. In afwachting van, ja, van wat? Op een kwade dag was het beeld verdwenen, zomaar.Wat wij er van hoorden korte tijd later; een tweetal vrouwen die het wel mooi vonden zouden het beeld van ruim 500 kilo hebben meegenomen voor thuis in de tuin.................Wij hebben het nooit meer gezien. Sindsdien is er sprake van een mysterieuze verdwijning en een toevoeging aan de litanie van Maria: Mysterieuze Madonna, of Mater Mysteriecordiae, bid voor ons.
Als een lezer van deze story iets ter opheldering kan mededelen....., graag.
Gerard Remmers.