Dit interview werd 22 november 2014 afgenomen tijdens de open dag van De Kennismakerij, de bibliotheek van de toekomst, in gebouw 79 in de Spoorzone. Gesproken werd met Jan van der Pennen die bedrijfsbewaker/-beveiliger/portier is geweest bij de NS Werkplaats in Tilburg. Ook was hij lid van de bedrijfs-EHBO die jarenlang nationaal kampioen bij de NS was.I nterview afgenomen door Pieternel Thijssen en uitgewerkt door Hans Hessels.
De bedrijfsbewakers moesten wel wat afstand houden van de andere collega’s want anders kon er misbruik van je worden gemaakt. Er werd echt erg veel vanuit het bedrijf meegenomen. Vaak kwamen er ook mensen aan de poort om foto’s te maken op het terrein. In principe was dat verboden maar dan liep ik wel eens mee als we op dat moment toch met 2 bewakers in dienst waren. Omdat er met zwaar materiaal gewerkt werd moest je erg goed op de veiligheid van de mensen letten.
We moesten ook ieder jaar bijscholen. Je oefende dan bijvoorbeeld met een klein rangeerlocomotiefje dat we nodig hadden om bij branden materialen weg te slepen. Daar werden dan weleens wedstrijdjes mee gehouden. We kregen zo als portiers en beveiligers om de beurt bijscholing en dat was vooral bedoeld om buiten de normale werktijden in te kunnen springen.
De NS had op de werkplaats meerdere groepen bedrijfsbrandweer. Ze waren gespecialiseerd in het werken met gevaarlijke stoffen. Zo hadden we ook een reddingsauto voor als er op het traject ongevallen waren met ontsporingen of met auto’s en personen die onder de trein waren gekomen. Die mensen waren daar speciaal voor geselecteerd en getraind. Het gebied dat moest worden bediend werd steeds meer uitgebreid zelfs tot in Zeeland en Limburg.
Met de EHBO-groep waren we jarenlang landelijk kampioen. Wij hadden trouwens bewust als eerste een vrouwelijk ploeglid om net dat beetje extra’s in huis te hebben. Ze was een erg goed EHBO-lid dat veel kennis bezat maar ook haar charmes in de strijd kon gooien. Zo’n wedstrijd was voor iedereen ook een echt dagje uit met lunch, diner en een biertje. Daarna gingen we ook nog eens met onze ploeg de stad in, meestal Amsterdam of Utrecht, en dan kwamen we met de laatste trein naar huis.
Op de werkplaats werkten geen vrouwen. Alleen op het kantoor bij de administratie en financiele dienst zaten natuurlijk wel. Het was hier echt een mannenwereldje. Het meisje dat toen bij de EHBO-ploeg kwam was van de eigen medische dienst die wij hadden. De broeder die daarvan deel uit maakte was eigenlijk ook een halve dokter. Bij ziekte moest je bij hen op controle komen en zij bepaalden hoe de werkhervatting moest verlopen. Ook controleerden ze de arbeidsomstandigheden op de werkvloer en hoe de vaak zware werkzaamheden werden uitgevoerd. Later werd het werk minder zwaar dankzij de automatisering en kwamen er veel meer regels zoals met de asbest. Ik heb zelf nog zonder enige bescherming asbest verwerkt.
Ik denk dat 90 % van de werknemers uit Tilburg kwam. Vaak opa, vader en zoon en de rest kwam uit omliggende gemeenten als Gilze-Rijen, Udenhout en Oisterwijk. Onder het spoor was trouwens een tunneltje waardoor de forensen niet om hoefden te lopen. Iedereen kwam op de fiets maar later veranderde dat wel omdat niemand eigenlijk nog woont waar hij werkt.
De EHBO-ploeg kwam vaak bij elkaar maar we hadden ook een jaarlijks voetbaltoernooi. Er waren wel meer van die dagen dat we gezamenlijk op pad gingen zoals met carnaval. Ook buiten het werk hielp iedereen elkaar en ook nu zijn er nog collega’s die bij elkaar komen.
We hebben altijd heel veel gelachen. Het is eigenlijk ondenkbaar wat zich hier allemaal heeft afgespeeld. Zoals die keer met de ongevallenploeg. Na 2 uur ’s-nachts werden ze dubbel uitbetaald en ik heb eens om 2 minuten over 2 het alarm af laten gaan terwijl er niks aan de hand was. Toen heb ik wel klappen gekregen en hebben ze me uit de kast gehaald waar ik me verborgen had!
De afstand tussen de bazen en het personeel was niet zo groot maar alle afdelingskantoortjes stonden wel op een verhoging zodat ze een goed overzicht over ons hadden.
Wij hadden hierachter waar ze nu aan het verbouwen zijn 3 avonden in de week de hobbyclub. We kwamen in onze vrije tijd daar dus samen en er werden dan complete meubels gemaakt en ook bijvoorbeeld hobbelpaarden tegen Sinterklaas.
Zo zijn er erg veel verhalen die we nu moeten vertellen want over 10 jaar is het misschien te laat! Zeker als de mensen van de Facebook-groep weer bij elkaar komen en in het verleden duiken.