Eric van der Westen: een opmerkelijke, intrigerende loopbaan

  • Geboortedatum: 00-00-1963
  • Sterfdatum:

Dit artikel is een (bewerking van een) hoofdstuk uit het gloednieuwe boek ‘Jazz in Tilburg, honderd jaar avontuurlijke muziek'.


De loopbaan van Eric van der Westen (1963, Zierikzee) kent hetzelfde grillige verloop als van sommige andere Tilburgse improviserende musici. Opgegroeid in de industriestad Tilburg begon hij gitaar en basgitaar te spelen in hardrock- en new-wavebands. Rond 1983 echter ontdekte hij de eigentijdse gecomponeerde en geïmproviseerde muziek en boog zonder moeite om naar de contrabas. Met dit zo op het menselijk lichaam lijkende instrument dook hij vrijwel meteen op in de moderne-jazzscene van Tilburg. Tegelijkertijd kwam een niet aflatende vraag op gang om als bassist in professionele orkesten te komen spelen. Vooral nadat hij in 1990 was afgestudeerd aan het Sweelinckconservatorium in Amsterdam.
Evenals veel van zijn leeftijdgenoten en collega's uit het plaatselijke moderne-jazzmilieu is Eric van der Westen betoverd door jazzlegendes uit de jaren zestig, zoals de contrabassisten Charles Mingus, Dave Holland en Charlie Haden. Zijn ontwikkeling als musicus is opmerkelijk en vooral intrigerend. Tot 1993 probeert hij binnen de free jazz harmonieuze elementen onder te brengen. Daarna komt een periode waarin hij door reizen naar Zuid-Afrika door dit land getinte stukken gaat schrijven. Dat duurt tot ongeveer 2002, waarna hij de modernste verworvenheden in jazz en popmuziek oppikt en electronica en computer zijn muziek gaan kleuren. Hij promoot sinds 2008 de muzieksoftware iMuzz, waarmee musici op diverse plekken met elkaar kunnen samenspelen.
Eric van der Westen maakte van 1989 tot 2003 deel uit van het Paul van Kemenade Quintet. Hij paste daarin als de spreekwoordelijke hand in een handschoen. Van der Westens opvatting van basspelen, met de ene keer bedachtzaam geplukte noten en een andere keer uitbundige, naar een feestelijke happening buigende uitspattingen, sloot naadloos aan bij de lyrische opvattingen van de altsaxofonist.


The Apital Company
In 1986 formeerde Eric van der Westen zijn eerste groep: de Stressband. Interessanter echter was The Apital Company, afkorting van ‘The Art of Playing is The Art of Listening'. Hij omringde zich met saxofonist Sjoerd Rolsma, tenorsaxofonist/klarinettist Paul de Leest en slagwerker Pieter Bast. Geënt op het oeuvre van onder andere Ornette Coleman en David Murray schreef hij praktisch alle stukken. Daarmee zette hij voort wat hij op zesjarige leeftijd al ondernam: componeren.
Vanaf 1990 is de bassist in de ban van etnische muziek. Zijn in 1992 uitgebrachte octetalbum Working Dreamer getuigt daarvan. Sinds de helft van de jaren tachtig sympathiseert Eric van der Westen met de Anti-apartheidsbeweging in Nederland, met als gevolg dat hij in 1993 met het Jasper van 't Hof/Kenny Wheeler Quintet naar Zuid-Afrika afreisde. Talloze andere keren volgden. De eerste Afrikaanse reis leverde de bassist zoveel contacten op, dat hij in 1994 met het Paul van Kemenade Quintet kon terugkeren. Ook deze formatie is inmiddels vele malen in Afrika te gast geweest. Tijdens zijn verblijven in Afrika kwam Eric van der Westen in contact met gitarist Louis Mhlanga uit Zimbabwe. Met hem nam hij in 1998 de cd Song for Nomsa op, die een gigantisch commercieel succes werd in Afrika, maar ook in Nederland de bassist een brede belangstelling opleverde.
Wellicht door zijn samenwerking met Mhlanga spreekt Eric van der Westen zich al snel uit over hoe in de toekomst zijn muziek mag worden gerubriceerd. ‘Ik wil vooral liedjes brengen', zegt de man die de muziek tot in zijn eenvoudigste essentie wil ontleden. Vanaf 1996 leidt de bassist en componist zijn groep Quadrant, een kern van vier musici waaraan gasten worden toegevoegd. Als dat gebeurt wordt de term ‘Extended' eraan geplakt. Zoals toen Quadrant Extended een kleine big band was, waarmee hij in 1999 het project Me, Myself and I - Looking At The Music Of Charles Mingus opvoerde.
In de eerste jaren van de eenentwintigste eeuw boog de muziek van Eric van der Westen langzaam naar elektronische muziek. Deze voerde een onbesliste strijd met de akoestische verrichtingen van de componist. Sinds 2006 heeft Van der Westen een eigen opnamestudio, vanaf 2008 zijn eigen platenlabel EWM. Dat moet ook wel, want de gedreven muzikant ontpopt zich ook als zakenman. Niet om dik geld te verdienen, wel om geen slachtoffer te worden van de op geld beluste muziekindustrie. Hij bedenkt projecten, begeleidt en stimuleert aankomende musici en bekleedt managementfuncties. Intussen is het praktiseren van muziek ook een hoofddoel. Hij blijft met (Extended) Quadrant optreden en opnemen, was in 2004 gastprogrammeur van het Festival Jazz International Rotterdam en speelt in allerlei groepen en musici, zoals bij de Ethiopische zangeres Minyeshu.

Dance
Interessant is het ontstaan van E-Quad, waarin Van der Westen, computermusicus Hans Timmermans en saxofonist Oliver Nijs samenwerken. Het trio produceerde aanvankelijk dance in de studio, maar ging daarna ook optreden. Er werden akoestisch spelende musici toegevoegd, waarna de groep, die zich beweegt op de grens van alternatieve elektronische popmuziek en jazz tot 2009 onder meer twee grote tournees door Zuid-Afrika maakte.
En intussen bleef een niet aflatende stroom composities verschijnen. Eric van der Westen schreef muziek voor dansvoorstellingen, kunstprojecten en films. Hij werkte in de serie Nieuwe Brabanders samen met kunstenaar Rob Moonen en met anderen initieerde hij een project rond leven en werk van Pablo Picasso. Tot slot was hij een van de oprichters van de multi-disciplinaire formatie BEAM, het Brabants Ensemble voor Avontuurlijke Muziek. De groep toerde in 2009 en 2010 met de legendarische singer-songwriter Daniel Johnston door heel Europa.