- Datering van de gebeurtenis: Jaren '50
(2e VERTELLING uit ‘Bouwjaar 1945' memoires van Jan Kwantes)
- 2. ‘Mag ik mee naar de kermis?'
Als gedurende de zomer in Tilburg op het Piusplein, den Heuvel en den Besterd de kermis was opgebouwd, hadden de meeste mensen een paar dagen vrij van hun werk. Van lange vakanties was toen geen sprake. De attracties zoals de Kop van Jut, de bokstent, de cakewalk, de rups, de botsautootjes, de "hooggaatie" of reuzenrad, de achtbaan en de steile wand trokken altijd veel volk. Voor de kinderen waren er de mallemolens en de pony's, maar ook de kramen met gebak en poffertjes, alsmede zuurstokken, lolly's en suikerspinnen. Ik wilde liever de bokstent zien, want ik had onze pa en mijn ooms daarover enthousiast horen vertellen. De meeste attracties waren overdadig gedecoreerd met krullen, spiegeltjes, toeters en bellen. Alles geschilderd in pasteltinten. Achter de zware velours gordijnen met goudbrokaten randjes speelde de voorstelling zich af. Vaak toonden de kermisartiesten op het vanaf de straat zichtbare podium alvast een fragment van wat er zich binnen afspeelde. ‘Komt dat zien' werd er dan geroepen. In de meeste cafés, waar levende muziek was of een draaiorgel stond, werd de uitbundig de polonaise gedanst en er werd flink bier en jenever gedronken. In Tilburg was het feest.
De kermismensen mochten in de meeste middenstandszaken hun affiches ophangen in ruil voor een paar gratis kaartjes van de mallemolen. Bij onze winkel op de hoek van de Zwijsenstraat en Primus van Gilsstraat mocht dat ook. Onze pa beschikte daardoor meestal over een heel pak kaartjes. Als wij, de drie jongste van het gezin (Annelies 5, Jan 7, Corrie 9), met onze ouders naar de kermis liepen, dan was het bij de Van Leest Speelgoed al te merken dat het feest was voor jong en oud. De meeste mensen hadden via hun kermispot of dubbeltjespot gespaard in hun stamcafé of gewoon thuis. Anders konden ze die uitgaven niet zomaar bekostigen. Vervolgens passeerden we in de Piusstraat de snoepwinkel van De Vet, waar het ook druk was. Verderop was er aan de linkerkant, langs de Koningswei voorbij de schoenwinkel van Brands, nog een speelgoedwinkel, waar ballonnen en ballen op de stoep stonden uitgestald. Vanaf daar kon je de eerste draaimolen bij van A tot Z al zien staan en de orgelmuziek horen. Hoe dichter ik de kermis naderde hoe meer opgewonden ik werd. Ons ma, bij wie ik in de hand liep, zei dan dat ik me niet zo druk moest maken. Ons vader gaf de bonnetjes af en met zijn drieën hadden we een plaatsje in de draaimolen gevonden. Ons Corrie op een paard, Annelies in een bootje en ik zat op een levensechte motorfiets. Met gestrekte arm en geopende hand probeerde ik de rondzwierende kwast te vangen en die met een ruk te scheiden van de dansende bal. Als dat lukte mocht je nog een ritje maken. We liepen daarna verder langs de oostkant van het Piusplein en hielden stil voor de garage van Knegtel om naar de botsautootjes te kijken. In de straat naar den Heuvel naast het badhuis was een schommelattractie, waarbij ik versteld stond van de snelheid en de hoogte die de schommelbootjes bereikten. Als men te hard of te hoog ging remde de beheerder het schuitje af door een blok hout omhoog te drukken waardoor de bodem van het bootje daar overheen schuurde en zo vaart verloor. Best gevaarlijk, vond ik dat. Bij de Heuvelse kerk kwamen we dan eindelijk bij de bokstent, waar grote mannen met tatoeages in hun hemdje stonden te stompen tegen een boksbal of een schijngevecht hielden. De boksers daagden jongens in het publiek uit om op het podium te komen en de strijd met hem aan te gaan. Ik wilde dat wel zien, maar ons pa vond me daar nog veel te klein voor. Ik bleef verbaasd staan voor een tent waar een vrouw met een baard, een Siamese tweeling en enkele lilliputters zich op het podium voorstelden, maar binnen was nog veel meer te zien voor de sensatiebeluste toeschouwer. Er werd gefluisterd dat er ook waanschepsels op sterk water stonden. Moeder's hand was echter dwingend en we liepen verder. De schiettent werd door mij ook wel gewaardeerd, hoewel ik ook daar nog te klein voor was, aldus ons ma. Nadat we nog een ritje mochten maken op de pony's van groetenboer Moonen en de laatste bonnetjes werden ingeruild bij de draaimolen waar we begonnen waren, stapten we tevreden weer huiswaarts. Later op de avond ging ons pa met de drie grotere kinderen terug naar de kermis. Met onze Harrie (16) bezocht hij in de bokstent kijken en met de dochters (18 en 20) ging hij bij Riche, Modern of de Harmonie een pilsje drinken. Ja, die tijd zou voor mij hopelijk ook nog aanbreken. Ons moeder is na haar ongelukkige val van de trap nooit meer meegegaan. Dat is veel te druk voor me, zei ze dan.
JKw
Afbeeldingen:
- Kermis op den Heuvel (regionaalarchieftilburg)
- 2. Kinderen Kwantes Annelies, Jan en Corrie.