Jeruzalem: ruimte om te spelen

Speelveld Westlandstraat

Dion van Doremalen vertelt

Jeruzalem is altijd een heel kindvriendelijke buurt geweest. Er was en is veel groen: plantsoentjes, grasvelden, langs de waterkant. Daar kon je goed hutten bouwen. Maar ook in de brede straten kon je prima spelen. Er stonden in het begin weinig auto’s, dus kon je goed rolschaatsen of skelteren. Sommige moeders organiseerden ook allerlei activiteiten: bliklopen, touwtjespringen, hinkelen, tollen, stoepkrijten.

En er was altijd veel vermaak bij het talud van de Meierijbaan. ’s Zomers gleed je er met een groot stuk karton van af en als er ’s winters sneeuw lag met een slee. Met een beetje geluk gleed je zo een heel eind de Twentestraat in. Iets verder, bij het Wilhelminakanaal was het talud nog steiler. Ging je met nog meer snelheid naar beneden.

Aan de Westlandstraat was een groot speelplein. Dat liep door tot de achterkant van de winkels aan de Caspar Houbenstraat. Er was van alles te doen. Er was een voetbalveld, een basketbalveld, een grote speeltuin en een zandbak. Er is zelfs ooit nog eens een eigen kermis georganiseerd. Dat speelveld is in 1991 verdwenen, toen de huizen aan de Gaasterlandstraat werden gebouwd. Gelukkig is er voor de kleinsten nu weer een leuk speelveldje in de Betuwestraat.

Aan de andere kant van de wijk was in mijn jeugd ook een trapveldje, naast de fabriek van Thijs de Beer. Dat was het domein van de Jeruzalem Boys, een voetbalclubje. Daar werd heel fanatiek gevoetbald. Hele dagen speelden we buiten: je verveelde je nooit. En op zomeravonden gingen we na het spelen een flesje cola halen bij de sparwinkel van Harrie Geurts.

Dion van Doremalen kwam in 1959 op 2-jarige leeftijd naar Jeruzalem en heeft op een korte onderbreking tijdens de renovatie na altijd in de Westlandstraat gewoond.

Media