Een gezegde van "toen".

Iedereen heeft het wel ooit gehoord;Twee geloven op één kussen, daar slaapt de duivel tussen. Als daaraan op de dag van heden nog geloof wordt gehecht, is daarvan maar weinig merkbaar. Men lacht erom en het komt in de hedendaagse levenskraam niet te pas. Toen ons vader en moeder na de oorlog 14-18 serieus werk gingen maken van een vaste relatie,moeten zij wel een hele grote barricade hebben zien opdoemen. Beiden kwamen zij uit letterlijk in de klei verankerde gemeenschappen. Hij uit het Gelderse Wapenveld en zij uit het Brabantse dorp Raamsdonk. Samen wilden zij verder in het katholieke zuiden van de jaren '20. Wie zich het probeert voor te stellen kan zich indenken dat er flinke druk op de geloofsketel stond tussen katholiek en gereformeerd. Ons vader Gaitjan maakte de overstap, hij moest wel anders werd er niet getrouwd. Hij werd in de jaren daarna net zo'n stevige katholiek als hij eerder gereformeerd was. Standvastig in de leer, maar op geen enkele manier als boeman. In alle jaren daarna hebben wij in zijn familie uitsluitend liefde, vriendschap en warmte ondervonden. De duivel uit het spreekwoord kwam er nooit aan te pas. Ofschoon ons gezin in buurt en omgeving soms wel als 'erg vroom' werd aangemerkt, was het bij ons nooit een belasting. Wij werden opgevoed met katholieke normen en waarden, religieuzen in het onderwijs, katholieke organen als jeugdbeweging, kerk en vakbond, respect voor medemensen en het gezag en ieders persoonlijke verplichtingen in het gezin. Er werd gebeden voor- en na het eten, een morgen- en avondgebed, de kerkgang was een vast gegeven en de dagelijkse rozenkrans van ons moeder was geen sleur, maar een rust- en bezinningspunt van de dag. Katholieke jeugdbeweging, mannen- en vrouwencongregatie en misdienaar zijn, het was allemaal in beeld. Wat ook erg belangrijk was: het begrip "mijn en dijn" in tegenstelling tot het tegenwoordige "wat van jou is, is ook van mij ". En ook belangrijk, "als je maar een stuiver hebt kun je niet voor een dubbeltje kopen."  En wat vooral van groot belang is, ze hebben ons sociale betrokkenheid meegegeven. Ze zeiden soms , kinderen worden geboren als egoÏsten, daar moet aan geschaafd worden......

Ze hebben het goed gedaan die ouders van ons. Of dat te maken heeft met geloof en/of religie? Daar kunnen we altijd nog eens een boompje over opzetten...