Driekoningenavond 1939

Fotonummer 053122

Tilburg houdt nog steeds het Driekoningenzingen in ere.  Ook in mijn jeugd, laten we zeggen halverwege de veertiger jaren van de vorige eeuw, liepen de meeste jongens en meisjes langs de deuren om snoep in te zamelen, verdiend met het mooie zingen en natuurlijk hoe je je als koning kon “vermommen”.

Ik vond dit verslag in de Nieuwe Tilburgsche Courant van 7 januari 1939 en warratjes, ik kende er een heleboel in terug  van die keren dat ik met broertjes en zusjes langs de deuren ging om te zingen.

We werden getooid met kinderlakentjes en tafelkleedjes en bij “de Kleine winst” in de Besterdstraat verkochten ze lampions waarin je kerstboomkaarsje kon branden en goudkleuring karton waar de kroontjes konden worden uitgeknipt.

We mochten de H.Berkvensstraat niet uit behalve om naar kruidenier Zaal van de Centra in de Schaepmanstraat te gaan want die gaf aan alle kinderen  en naar een tante van onze Pa, die op nummer 7 in die straat woonde.

Vooral dat - „Daor krijg-de veul!, Daor hoef-de nie te gaon, want daor krijg-de niks!.... Daor is de deur op slot! "- werd met de andere kindergroepen uitgewisseld en was ook in mijn tijd aan de orde van de dag.

Tegenwoordig film je dat soort dingen met je mobieltje en doet er vervolgens verslag van, maar vroeger was men aangewezen om het ooggetuigenverslag van de journalisten, de volgende dag in de krant.

Hieronder een krantenverslag dat de hele sfeer in die tijd goed weer geeft én een verslag van de “Costuum” en Zangwedstrijd van „Tilburg Vooruit".

Ik ben bij het Regionaal archief ook nog op zoek geweest naar foto’s uit 1939, maar vond er alleen drie uit 1938. Ik neem aan dat die aardig de sfeer van die tijd weergeven.

Later, toen ik zelf al kinderen had, hielden we er altijd rekening mee dat de kinderen aan de deur kwamen. De meeste pret had ik dan als er een ‘eenzame’ Driekoning  “Wij komen tezamen” stond te zingen.

Nieuwe Tilburgsche Courant 7 januari 1939

FOLKLORE IN TILBURG'S STRATEN

Met honderden zwermden de zangertjes uit!
Als er één folkloristisch gebruik is, dat zich door alle tijden heen in onze stad uitstekend gehandhaafd heeft dan mag zeker wel het Driekoningen zingen genoemd worden.

Ook gisteren vielen ze weer te bewonderen,de zangers, gekomen als ze waren van verre zooals van den Heikant en Broekhoven en Korvel en Tuerlings Meulentje"... Maar wat zouden wij de windstreken opnoemen, ze kwamen van allen kant, zoowel uit de buitenwijken als uit de binnenstad. En ook in alle wijken zongen zij hun liedekens.
Reeds eenige jaren stelt Tilburg Vooruit pogingen in het werk om dit folkloristisch gebruik te veredelen, o.a. door het organiseeren van een wedstrijd in mooiste costumes  en besten zang. Dat deze lofwaardige pogingen niet zonder succes blijven kon gisteren wederom geconstateerd worden.

Er waren schrikkelijk veel koninklijk uitgedoste zangers. We zagen er in bonte kleederdrachten met een tulband om het hoofd zodat het wel Kalifs van Bagdad naden kunnen zijn, er waren koningen in tafelkleeden, welke ze echter met zulk een zwier om de schouders geslagen droegen, dat ge er de dagelijksche bestemming nauwelijks aan af kondt kijken maar er waren er ook met prachtig met goud en zilver bestikte mantels,  ja zelfs met hermelijnversiering. We bewonderden koningen met draaiende sterren, met gouden kronen en zilveren kronen, minder bedeelde koningen, die de randjes uit moeders keukenkast op vernuftige wijze tot kroon gepromoveerd hadden, koningen met snoeten van kolensjouwers maar ook met gezichten zoo zwart en blinkend als schoensmeer. Maar goed, dat 't weer meewerkte! Bij regen zouden deze moriaantjes aardig „uitgeloopen" zijn

Sommigen zongen schuchter en bedeesd, anderen vlug, misschien met het oogmerk om weer dra bij een andere deur te zijn maar herhaaldelijk ook vielen er geschoolde stemmetjes te beluisteren van zangertjes van het knapenkoor van de fraters of zoo of van eenigen, die in de Nachtmis met Kerstmis een liedeken hadden ten gehoore gebracht.

Naast koningen zwermden echter ook honderden — vermoedelijk wel een paar duizend ongecostumeerde zangers — over Tilburg uit, wier eenige rijkdom bestond uit een of ander lichtje, een allereerste vereischte om met Driekoningen uit zingen te kunnen gaan!
Voor verlichting dienden vele attributen.. Er waren lampions in groote verscheidenheid: lange, dunne, die dansten in hun veerende plooien, bolronde en veelhoekige uitgeholde mangelwortelen en vooral sigarenkistjes bleken zeer in trek. Welke wonderen kan een handige knutselaar met een sigarenkistje al niet wrochten!
De belooning voor den zang scheen over het algemeen niet tegen te vallen, wat bewijst, dat in Tilburg vele goede rnenschen wonen. Naarmate de boodschappentasschen zich meer vulden steeg de vreugde der zangertjes en werden enthousiaste uitroepen in den geest van: „Wè zumme strak lekker snoepe!" talrijker. 
De concurrentie was groot maar toch waren alle zangertjes de beste vrienden. Met groote welwillendheid werden wederzijds goede wenken uitgewisseld zooals „Daor krijg-de veul!, Daor hoef-de nie te gaon, want daor krijg-de niks!.... Daor is de deur op slot! " En dan gingen soms de „kalebassen" die de goede gaven bergden open, en werd er vergeleken wie de grootste buit veroverd had.

Zoo zijn gisteren de Driekoningen-zangertjes van Tilburg weer in actie geweest!

COSTUUM- EN ZANG-WEDSTRIJD VAN „TILBURG VOORUIT".

Zeer groote deelname.
De door „Tilburg Vooruit" in de R.K.W.V. gehouden costuum- en zangwedstrijd is een groot succes geworden, zoowel wat de deelname als de door de mededingers geleverde prestaties betreft.

Er hadden zich niet minder dan 74 groepen waarvan sommigen wel uit vijf tot zes man bestonden — deftige Koningen hebben nu eenmaal ook personeel bij zich! — aangemeld, zoodat de jury geen gemakkelijke taak had.
Hoewel de beoordeeling heel vlot geschiedde ging er toch nog heel wat tijd mede om alvorens allen aan de beurt geweest waren, deze omstandigheid is wellicht een handicap voor een nog grootere deelname.
Op een Driekoningenavond is tijd de zangertjes geld waard en daarom zijn de kleinen er op uit zooveel mogelijk, „deuren aan te doen".
Het wachten voor een jury beteekent tijdverspilling. Teneinde een deelname aan den wedstrijd, die — zooals wel gebleken is — in hooge mate een goede verzorging van costumes en zang stimuleert, in de toekomst nog algemeener te maken zou het daarom aanbeveling verdienen nog vroeger in den avond met de beoordeeling te beginnen, hetgeen mogelijk is daar de kinderen immers Kerstvacantie hebben.

De belangstelling in de RKWV bestond niet alleen uit mededingers maar er was ook heel wat publiek, waaronder wij zelfs prof. dr. Cobbenhagen van de hoogeschool en verschillende fraters opmerkten. Het bijwonen van zoo een wedstrijd beteekent ook inderdaad een genoegen want er valt niet alleen wat te zien maar men beleeft ook plezier aan het optreden der kleinen, waarvan de eene schuchter en bedeesd en de ander heel royaal en vrank zijn liedje ten beste geeft.

Door verschillende groepen werd op een uitstekende wijze méér-stemmig gezongen. 
Jammer alleen maar, dat de echte ouderwetsche Driekoningenliedjes met hun middeleeuwschen eenvoud steeds meer op den achtergrond bleken te raken.

Het resultaat van den wedstrijd was: 
Costumeering:
1e prijs Groep Van Puvenbroek Noord-Besterdstraat 383; 
2e prijs Groep Marcelis v. Hoogendorpstraat 126: 3e prijs Groep Van Kru^hten, HuizeNazareth.

Zang:
1e prijs Groep Sparidaens Elzenstraat 88;
2e prijs Groep van Dooremaal, Eikstraat 59;
3e prijs Groep Wouters J. M. v. Nassaustr 59.

Troostprijs Mutsaers, Houtstraat . 
Alle deelnemers ontvingen verder een attractie.

Henk van Mierlo

Nuenen

Foto’s uit 1938 met dank aan Beeldonline van het RAT.

Media