Kozakken rond Kerst, in 1813

Schiderij uit 1742 van de huidige Oude Markt.

De Tilburger Jan de Beer vertelt in zijn dagboek over het verblijf van Kozakken in Tilburg in 1813.

Napoleon had zijn eerste veldslag verloren in oktober van 1813 en onze latere koning Willem I was op 30 november 1813 wel in Scheveningen geland , maar de Franse bezetter was hier voorlopig nog niet weg. Het Franse leger moest in een groot deel van Nederland nog worden verdreven door het Russische en Pruisische leger. De voorhoede van dat Russische leger bestond uit Kozakken, die op hun kleine paarden met hun sabels vaak meer kwaad konden aanrichting dan de Fransen met hun geweren. De Kozakken hadden een slechte naam. Ze waren bekend als ‘zuipende, plunderende en schransende barbaren, die door het land galoppeerden.’
In Brabant, op 10 december 1813 werd de vesting Breda als eerste door de Kozakken bevrijd van de Fransen.
Nu kunnen we het ‘Cronijkje’, het dagboek van de Tilburger Jan de Beer erbij raadplegen. Die schreef  uitgebreid over die gebeurtenissen in Tilburg bij de zich terugtrekkende Franse troepen en de zo bijzondere Kozakken.

Om te beginnen over die 10 december:
‘Des avonds voor 10 uren passeerden nevens mijn huis de eerste patrouille Kozakken; ongeveer 110, die zich naar de grote Markt begaven, uitgenomen vijf, die bleven op de weekmarkt bij het huis van Jan Dovion (1). Ik kwam er het eerste bij.
Intussen komt er iemand met vier bossen strooi die moesten losgemaakt worden. Toen moest ik, benevens de schoolmeester H. Smulders met een kozak op gemeld strooi liggen, maar 't was maar voor een ogenblik, want een wachtmeester van de Kozakken ziet ons liggen. Maar de kozak krijgt met een karwats op zijn rug, dat hij opstaat en ik en de meester ook en ik ging naar huis zonder mishandeling. En dat was alles al voor 10 uur voorgevallen. Om 11 uur ging ik naar de grote markt alwaar de grote troep was. Ik heb mij tot 's nachts 1 uur ongestoord onder die mensen opgehouden alleen uit nieuwsgierigheid. Daar er zolang over die mensen gesproken was, alsof zij nog erger en wreder waren als wilde dieren. Ik ben daar 's nachts ongestoord geweest.

's Morgens 11 december zijn zij naar de kant van 's Bosch getrokken en zijn de 12e boven ’s Bosch, bij of in Berlicum, slaags geweest tegen omtrent 46 Franse gendarmen. De Kozakken hebben de Fransen geslagen. Er zijn enige gendarmen gaan vluchten, enigen gedood en vijf krijgsgevangenen gemaakt. Deze hebben zij dezelfden avond omtrent 7 uren in de herberg " 't Zwaard" bij D. Timrott (afb. 1)  gebracht. Ik heb ze gesproken en soep, vlees, brood en jenever gegeven. Een wachtmeester van de gendarmen is hier onder of in de toren overleden. Een van de vijf krijgsgevangenen was ook geblesseerd aan 't hoofd; hij was genaamd Grasein en zondags gestationeerd te Tilburg.
Gemelde veldslag duurde omtrent 7 minuten, zo mij een andere gevangene zegt, n.l. een zekere Sluiters, wachtmeester der gendarmen. Zij hadden ook twee paarden veroverd.
Een kozak had bovengemelde soep bij mij laten klaarmaken van een haan die hij geplukt had meegebracht. Hij was goed bezorgd voor de Franse gevangenen.
Er werd op de vrijdagse marktplein wel 50 vuren gestookt.
Den 13 december transporteerden zij de vijf krijgsgevangenen naar Breda en komen 's avonds weer te Tilburg en blijven drie dagen, bezetten alle wegen en maken onophoudelijk patrouille. Op de 15 december komen er nog Kozakken bij tot 290 alsook 160 Russische huzaren in het Safisch groen (gekleed, F.K.), 's avonds 7 uur, die zich dapper hebben laten horen. Zij zetten de paarden in de kamers en keukens, als bij L. de Lelie, A. Sleddens en bij H. Smulders. Deze blijven tot 17 december. De Kozakken vertrekken naar Turnhout en de 160 huzaren naar Breda.
Op 19 december komen weer binnen 130 man van hetzelfde regiment. In de nacht tussen de 17 en 18 December zijn nog Pruisische patrouilles gekomen, zijnde huzaren, samen 40 man en zij zijn gebleven tot de 22 december.
Den 20 december komen vier jagers van de Prins van Oranje van het 4de Regiment (2). De 290 Kozakken, die van hier naar Turnhout gemarcheerd hebben, zijn aldaar in gevecht geweest tegen 47 gendarmen, waarvan de kapitein op het slagveld dood bleef. De overige Franse gendarmen hebben zich overgegeven. De 13 december zijn van Breda naar Antwerpen gemarcheerd 4000 Kozakken en Russen.
De Kozakken, die de 15e hier zijn gekomen hebben veldmuziek bij zich en moeten tweemaal daags bij de overste muziek maken.
Den 20 december hebben de Russische acht houwitsers in 's Bosch ingezet en zes schoten gelost. De 21 december kwamen alhier binnen 600 Kozakken, die twee dagen bleven, wanneer zij naar Breda vertrokken. Deze 600 Kozakken hebben gedurende twee dagen onophoudelijk patrouille gemaakt op Gilze en Alphen, want er kwamen nog Franse en Duitse troepen.

Die decembermaand hebben de Kozakken zich hier nog niet misdragen.

(1) De naam Dovion kwam in de periode 1800-1820 meer voor in Tilburg. Daarna niet meer.

(2) Dit 4de Regiment, het cavalerie regiment ‘de huzaren van Boreel’, werd opgericht op 25 november 1813.