Koorzanger in de H. Hartstoet

  • Datering van de gebeurtenis: 1955

Koorzanger in de H. Hartstoet

"Het grote nieuws betreffende de Heilig Hart-stoet is deze week: het verloop van de financiële acties vertoont een zodanig gunstig beeld, dat aangenomen mag worden dat op Zondag 18 September de nieuwe stoet zal kunnen uittrekken volgens de plannen die comité en kunstenaar zich in het hoofd gezet hadden", lezen we in de "Nieuwe Tilburgsche Courant" van 11 juni 1955.

In de jaren '50 heeft het jongenskoor, de Pius X-zangertjes van de parochie Theresia te Tilburg, al een zekere naam. Het staat onder leiding van de Frik, pseudoniem voor frater Frederico.

"Je mag derbij", krijg je van hem te horen als je met knikkende knieën en trillende stem de stemtest hebt doorstaan.

Een van de hoogtepunten van een koorzanger is tijdens de nachtmis met kerstmis mogen zingen. Als beloning wachten er thuis lekkere warme worstenbroodjes.

"Vatter drèk mar en paor. Daor bekomde van...", zegt moeder.

Maar deelname aan de H. Hartstoet vormt toch wel een belevingspiek.

Het te zingen paasgezang "Isti sunt agni novelli" (Hier zijn de nieuwe lammetjes) wordt tussen de middag ingestudeerd.

Talloze keren op de speelplaats in een rechte rij lopen, waar je een liniaal langs kunt leggen.

"Presies in de rij lôope Jos. De Frik houdt oe in de gaote...", fluistert een koorlid me in het oor.

De kostuums worden aangemeten en vervaardigd door een coupeuse. Grijze gympies, waarin je van die lekkere zweetvoeten krijgt, zijn speciaal ontworpen. Ze passen goed bij de kleur van de kunststofzijde van het onderkleed dat albe genoemd wordt. Kippenvel krijg je bij het aanraken van deze stof. Over deze albe een soort toog met een band erom. Het hoofddeksel is een rond plat petje, waarvan je het gevoel krijgt dat het elk moment van je hoofd kan waaien.

De albe is een statussymbool. Er zijn onderaan twee óf drie stroken stof op aangebracht. Dit is een niet te onderschatten onderscheid. Gelukkig ben ik in het bezit van drie stroken en behoor tot de groep van oudere zangers. Goed voor mijn image denk ik zo, want je moet er de gehele binnenstad mee door.

Eindelijk is zondag 18 september aangebroken. Vanaf de H. Pius X-school in de Theresiastraat lopen we met de Frik naar het parochiehuis in de Veemarktstraat. Daar verkleden we ons en gaan richting Bosscheweg voor de opstelling van de stoet.

Vier, vijf rijen dik staan de toeschouwers aan de kant. Dranghekken zijn niet nodig. Kleine kinderen en kinderwagens mogen vooraan staan.

Achter ons koor loopt Mozes, mijn overbuurman Jan Oosterbaan. Zijn rijzige gestalte en grote opgeplakte baard maken indruk. Met luide stem roept hij: "Want Brood uit de hemel heeft Hij ons geschonken... Hij verzadigt ons met goedheid en zoet is Zijn gezegend brood."

In Tilburg is hij al wereldberoemd, want vanaf half november "speelt" hij voor Sinterklaas. Niet voor een of andere hulpsinterklaas, maar hij is de enige échte die een rijtoer door de binnenstad maakt.

Echter, deze goedheilig man blijkt incognito buiten de sinterklaastijd niet altijd een échte kindervriend te zijn. Het komt wel eens voor dat hij tijdens het voetbalspel onze bal afpakt. Dan is het timbre van Mozes' stem weer herkenbaar.

"Wil je nu eens onderhand met voetballen ophouden."

Enkele dagen later vergaren we met enkele leden van ons voetbalclubje alle moed en bellen bij zijn huis aan. Zijn vrouw doet open.

"We komen het mandje halen."

"Welk mandje?"

"Het biezen mandje waar Mozes in gescheten heeft. En doe er onze bal maar meteen in..."

Een wellicht afgezaagd onnozel grapje. Maar wij zijn ervan overtuigd dat we hem nu eens lekker teruggepakt hebben.

Foto's: Collectie Regionaal Archief Tilburg.

Jos Naaijkens

 

 

 

 

Media