- Datering van de gebeurtenis: 13e - 15e eeuw
Bovenstaande vraag is een variant op de titel van een boek over de Gemertenaren uit 1993. Het antwoord in het boek is uiteraard instemmend.
Maar nu Tilburg. In de 15e eeuw leefde er in Tilburg een vrouw, Barbara Pijlijser, die volgens onze taxatie, in mannelijke en vrouwelijke lijn, duizenden nakomelingen heeft in Tilburg en omgeving. Ze komt voor in het kleine groepje families in het middeleeuwse Tilburg, waar veel, zo niet alle autochtone Tilburgers van afstammen. Bovendien staat ze, door haar afkomst, aan de top van een kleurrijk voorgeslacht, waarvan de gegevens vastliggen tot in de Karolingische tijd......
Met een knipoog naar de serieuze genealogen, die deze ridderverhalen beneden hun waardigheid achten, wil ik toch een tipje van de boeiende voorgeschiedenis van ons Barbara oplichten......
Barbara Pijlijser was vóór 7 januari 1495 te Tilburg getrouwd met Peter Niclaes Spapen (mogelijk een kleinzoon van de parochiepaap?). Als ik generatie 1 ben van de kwartierstaat, zitten Barbara en Peter in generatie 14. Er werden zes kinderen geboren, waaronder mijn voormoeder Jenneken Spapen.
Barbara's broer Hendrick kreeg een zoon Willem, die rond 1500 in Tilburg de later zo genoemde Pijlijserhoeve (of Waterhoef) kocht. Het adres van de hoeve vóór de afbraak was Hendrik de Keijserstraat 51, bij de Pijlijserstraat en de Waterhoefstraat.
Er is een contract bekend uit 1522 waarin Hendrick's weduwe Dorothea de hoeve voor 8 jaren verpachtte aan Wouter Cornelis Canters. Dat contract was gesteld in niet mis te verstane woorden: joffrau Dorothea mocht dit en mocht dat en mocht alles "sonder ennich tegensegge van den laet"(dus van Wouter Canters). Dat waren tijden.
De Pijlijserhoeve is afgebroken in juni 1960. Dat was - hé, wat toevallig - in de tijd van Kees de Sloper......
Terug naar Barbara. Barbara's vader, Willem Pijlijser, getrouwd met Johanna van Wijfflit (waarover verderop meer), kwam uit een aanzienlijke familie uit het Land van Heusden. Zijn grootvader, Jan Pijlijser, nam deel aan de slag bij Baesweiler in 1371 en werd later schadeloos gesteld omdat de soldaten 243 van zijn schapen hadden opgepeuzeld...... Diens vader, ook Jan geheten, had als moeder Hanneke Pijlijser, de roodharige favoriete minnares van Jan's vader, Hertog Jan I van Brabant......
Jan I was een flierefluiter maar als hertog deed hij het niet zo slecht. Hij leefde kort en hevig en stierf in stijl: in het zadel tijdens een riddertoernooi. Voor zijn natuurlijke kinderen zorgde hij goed; ridder Jan Pijlijser, zoon van Hanneke bijv. werd halfheer van Coeckelberge. Maar later werden de Pijlijsers weggepromoveerd naar de grens van het hertogdom, naar het Land van Heusden.
Ook de moeder van Barbara, Willem's vrouw Johanna van Wijfflit zou, via een natuurlijk kind, uit het hertogelijke huis stammen. Haar overgrootmoeder, Lijsbeth van Wijfflit, was getrouwd met Jan Arntsz. Berthout Bac, een Tilburgse leenman, beleend met het goed "Inthout"(ook genoemd Inthoven of Eijnthoven; de Enthovenseweg, een straatje tussen de Nieuwe Bosscheweg en de Spoorlaan is een restant van het leengoed). Deze Lijsbeth was vrijwel zeker een dochter van Jan van Wijtvliet, een zoon van Elsbena van Wijtvliet die een relatie had gehad met Hertog Jan II (juist ja: de wettige zoon van Jan I). Ridder Jan van Wijtvliet diende Hertog Jan III en leidde een vrij avontuurlijk leven tot aan zijn gewelddadige dood in 1356.
De Brabantse hertogen komen voort uit de Karolingen, waarmee alles mooi op zijn plaats valt. Het, summier aangeduide, spannendste deel van het verhaal speelt wel buiten Tilburg, maar Jan I en Jan II hadden wel andere zorgen dan Het Geheugen van Tilburg. In ieder geval: de Karolingen droegen de Tilburgse genen reeds bij zich.
Met veel dank aan Ad Pijnenburg die mij destijds op het spoor van de Pijlijsers zette. Dank aan het Regionaal Archief voor de foto van de Pijlijserhoeve of Waterhoef - afgebroken in juni 1960 - uit de collectie Beeldonline. De tweede foto, uit de 19e eeuw, is uit het album van Karel de Grote zelf.