Scheldprocessie Tilburg - Den Bosch

  • Datering van de gebeurtenis: 1779

Heel lang geleden woonden er in Tilburg eens twee bakkers, allebei Donders geheten, tegenover elkaar. De ene bakker had vuurrood haar en - erger nog - kwam uit Den Bosch. De andere had normale fatsoenlijke blonde haren en was er ene van ons, een rechtgeaarde Tilburger.

Het was in de goeie ouwe tijd, toen de rivaliteit tussen dorpen en steden in Brabant soms grote proporties had. Zoals iemand uit Berkel niet moest proberen een meisje uit Enschot te versieren, zo moest je als Tilburger oppassen voor die van Den Bosch. In mijn jeugd heb ik, heel zuinig, op het station ooit een 3e klas kaartje gekocht (dat kon toen nog) voor Den Bosch..... om dan vervolgens in een 3e klas coupé vol Bosschenaren terecht te komen......Het omgekeerde, als Bosschenaar in een 3e klas coupé vol gehaaide Tilburgers moest zeker even erg zijn.

Maar terug naar onze twee bakkers. Het was in 1779 en heel Tilburg was in feeststemming omdat onze Antonius van Gils primus (de beste student) was geworden aan de Leuvense universiteit. De graaf van Hogendorp, die voor de koetsen zorgde, de drie schuttersgilden en 200 ruiters en muzikanten haalden hem het feestelijk versierde Tilburg binnen. Dat was me wat ! Dagen achtereen vierde Tilburg feest, met spelen en volksvermaken.

De Tilburgse bakker versierde toen zijn etalage met het volgende rijmpje:

Kom eens hier, gij rooie donder,
Lees aandachtig het groote wonder
In Tilburg leeft de geleerdste man,
Die Leuven's school opleveren kan.

Waarop de rooie Bosschenaar volgende tekst als antwoord in zijn etalage hing:

Domme Tilburger ! Moet ik prijzen ?
Onder 10.000 telt ge ééne wijze....
Gewis, 't grootste wonder
Waartoe Leuven kon geraken,
Was om van een Tilburger
Een primus nog te maken !

Zou je dat rijmende achterlicht geen draai om zijn oren geven ? Maar iets anders: wat is er waar in dit verhaal ? De oudste vermelding die ik vond was in de Nieuwe Tilburgsche Courant van 15 april 1923, van A.J.A.C. van Delft in zijn rubriek "Van Vroeger Dagen". We mogen aannemen dat de bekende Van Delft geen verzinsels, maar oude overleveringen en anecdotes vermeldde.

Het verhaal komt terug in "Kerknieuws" van 11 maart 1966 met als titel "Rijmende bakkers rond Primus van Gils.", door C.W. (vermoedelijk C.J. Weijters). Deze gaat zover in zijn eerlijkheid, dat hij zelfs in het Tilburgse archief een onderzoek instelde, en daarbij vaststelde dat er een bakker Jan Fransus Donders was vanaf 1782 op de Veldhoven, en een Wilhelmus Donders, vanaf 1794 bakker in de Stokhasselt.Dus geen twee bakkers Donders in 1779........

Mijn eigen conclusie: de anecdote is te mooi om waar te zijn. Gezien het tweede vers is er misschien wel een Bossche bron.Maar naar mijn gevoel is het een stukje Tilburgs erfgoed geworden........

Nog even over Den Bosch. Onze stadgenoot, Pater Piet Heerkens SVD heeft in zijn "Brabantsche Scheldprocessie" vier soorten mensen in Den Bosch vastgesteld: Koeken, Bluffers, Kaaienspellers en Knoopen. In zijn eigen geboortestad herkende hij Turken en Kruiken (en vergat de Kaaibuters, heel Freudiaans, hij was nie van ginnekaant).

Och ja, er is op iedereen wel wat aan te merken. Ook de Bosschenaren wens ik daarom alle goeds !


Bij de foto: Wij, Tilburgers, we hebben onze bijnaam verdiend........