Verplicht vakbondslidmaatschap

  • Datering van de gebeurtenis: 1954
Toen ik in 1954 in de grafische industrie ging werken werd ik geconfronteerd met een verplicht lidmaatschap van een vakbond. Deze verplichting kwam voort uit een CAO bepaling waarin tussen werkgevers en werkgevers was afgesproken dat de werkgevers geen ongeorganiseerden in dienst zouden hebben. Deze afspraak kon toen nog gemaakt worden omdat er voor het uitoefenen van het drukkerijbedrijf nog een vestigingsvergunning nodig was welke je alleen kreeg als je over voldoende vakkennis en handelskennis beschikte. Of je aan die eisen voldeed werd bepaald aan de hand van een advies van toen nog de Federatie van Werkgeversorganisatieën in het Boekdrukkersbedrijf die daartoe een erkenning afgaf.

We kwamen van een katholieke school waar je was ingeprent dat je lid moest worden van een katholieke vakbond en zeker niet van een "rooie" bond want dat was een doodzonde. In mijn geval was dat dus de Nederlandse Katholieke Grafische Bond (NKGB). In ieder bedrijf was een winkelagent werkzaam welke als een soort kaderlid de vakbond vertegenwoordigde. Wekelijks, als 's-zaterdags de baas je loonzakje overhandigd had, kwam deze langs om een contributie te innen van 2% van je bruto loon. Dit werd dan op een lijst aangetekend. Eenmaal per maand moest de winkelagent deze bedragen af gaan dragen aan de penningmeester. Op diens huisadres stond op die avond de voordeur open (dat kon toen nog) en liepen daar de agenten in en uit. Het geld werd geteld, er werd een kopielijst afgetekend voor ontvangst en de zegeltjes werden verstrekt. De agent moest die zegels weer aan de leden geven welke ze dan op hun lidmaatschapskaart konden plakken om zo te laten zien dat zij hun contributie betaald hadden. Steekproefsgewijs werd tevens gecontroleerd of je wel het minimale CAO loon ontving. Immers je contributie was 2% van je bruto loon en betaalde je minder dan werd gevraagd naar je loonbriefje om te zien of je te weinig loon ontving of dat je uit eigen beweging niet de verplichte 2% betaalde.

Eenmaal per jaar was er een feestavond voor leden vanaf achttien jaar. Deze werd gehouden in de foyer onder de bovenzaal van het Metropool theater aan de Heuvel. Voor de jeugd tot achttien jaar waren er de jeugdlanddagen. Met een bus gingen de jeugdleden uit Tilburg en omgeving naar een landelijk punt waar alle jongeren uit het land samen kwamen. Zo'n dag stond in het teken van educatie. Openluchtspelen en bezoek slot Zeist, bezoek aan de haven van Rotterdam, zijn enkele van die bijeenkomsten. Naast een eigen bijdrage kostte dat ook nog een snipperdag. Het was niet zo dat de werkgever zo vrijgevig was dat je die dag cadeau kreeg.

Omdat je, om een opleiding te kunnen volgen, een leerovereenkomst met je werkgever moest hebben, was je gebonden aan die werkgever. Geen leerovereenkomst, geen opleiding en omdat een werkgever geen ongediplomeerden anders dan leerlingen in dienst mochten hebben was het minimum CAO loon tevens je maximum loon. Daarboven was je na het behalen van je diploma nog verplicht een jaar bij de werkgever te blijven waar je de opleiding had genoten. Je begrijpt dat pas tegen het einde van dat jaar gesproken kon worden over boven minimaal loon.

Als katholieke vakbond was de NKGB aangesloten bij de overkoepelende KAB (Katholieke Arbeiders Beweging). Het hoofdgebouw, gebouwd in 1898, stond aan de Tuinstraat. Naast de kantoren was daar ook een grote zaal welke tevens gebruikt werd voor uitvoeringen. Een van de vaste bespelers van die zaal was Toneelvereniging "De Propyleën". In oktober 1956 is in deze zaal het 60-jarig bestaan van de KAB gevierd. Hierbij was een speciaal lied gecomponeerd met als refrein:

"Wij gaan nu herdenken de zestig jaren van de KAB; met vierhonderdduizend leden spreken wij een hartig woordje mee, KAB; Met trots en vreugde kunnen wij nu feesten gaan; Om alles wat er werd bereikt voor recht en vrij bestaan".

In 1958 werd het gebouw verkocht en is er in gevestigd Dancing De Scala. Bij velen zal de naam van de orkesten Duckcity sextet met zang van Bob Smit en Peter Koelewijn met zijn rockers, nog als muziek in de oren klinken. Deze orkestjes speelden regelmatig in de dancing en menig stel heeft elkaar daar leren kennen en is onder de klanken van hun muziek verliefd geworden. Nadat bezoek aan een dancing "uit" was is het gebouw nog geruime tijd in gebruik geweest bij een handel in antiek. Enkel jaren terug is het afgebrand.

De naam KAB is in 1964 als gevolg van een structuurwijziging gewijzigd in NKV (Nederlands Katholiek Vakverbond). Vanaf 1976 werd in federatief verband samengewerkt met het NVV (Nederlands Verbond van Vakverenigingen). Uiteindelijk heeft die samenwerking in 1981 geleid tot een volledige fusie. En de NKGB? Die is geworden tot de FNV bond Druk en Papier Informatiemakers en in 2000 gefuseerd met de Kunstenaarsbond FNV tot FNV KIEM.

Media